Mededeling toepassen kindvrijstelling en kindtarief (hardheidsclausule)

De staatssecretaris van Financiën heeft de hardheidsclausule toegepast in gevallen waarin de Successiewet 1956 geen mogelijkheid biedt om de kindvrijstelling en het kindtarief toe te passen, wanneer een kind erft van zijn biologische vader zonder dat er een familierechtelijke relatie bestaat en die vader dus niet juridisch als vader wordt erkend.

De aanleiding voor het toepassen van de hardheidsclausule was het arrest van de Hoge Raad van 6 september 2024. De Hoge Raad verklaarde het onderscheid dat wordt gemaakt bij de wijze waarop het tarief en de vrijstelling worden vastgesteld voor een erfrechtelijke verkrijging van de biologische vader door een biologisch kind, in strijd met artikel 14 in samenhang met artikel 8 (recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven) van het EVRM. De Hoge Raad bood zelf geen rechtsherstel maar laat het herstel over aan de wetgever. Er is een wetsvoorstel in voorbereiding om de verboden discriminatie weg te nemen door een biologisch kind voor de Successiewet 1956 gelijk te stellen aan een kind waarmee wel een familierechtelijke betrekking bestaat.

Goedkeuring

Het onverkort blijven toepassen van de door de Hoge Raad als discriminerend aangemerkte bepalingen, in situaties waarin een biologische ouder-kind relatie en een vorm van family life zijn aangetoond, levert een onbillijkheid van overwegende aard op. De wetgever heeft niet voorzien dat het kindbegrip zoals dit geldt in de Successiewet 1956 in strijd zou zijn met de genoemde bepalingen in het EVRM. Met het arrest van de Hoge Raad van 6 september 2024 is dit vast komen te staan. De hardheidsclausule is van toepassing.

Mededeling toepassen kindvrijstelling en kindtarief (toepassing hardheidsclausule), Ministerie van Financiën, 20 juni 2025