Aflevering 8

In dit artikel wordt ingegaan op het ViDA-pakket dat op 11 maart 2025 officieel door de Raad van de Europese Unie is aangenomen. Daarbij staat de vraag centraal wat dit ViDA-pakket betekent voor de EU btw, belastingplichtigen en belastingdiensten. Dit wordt uiteengezet aan de hand van de drie ViDA-pijlers: i) de Single VAT Registration, ii) de platformeconomie en iii) de digitale rapportageverplichtingen op basis van e-invoicing. Hierbij wordt ook kort stilgestaan bij de wijzigingen van deze pijlers ten opzichte van de oorspronkelijke ViDA-voorstellen. Tot slot wordt het aangenomen ViDA-pakket geëvalueerd aan de hand van het efficiëntiebeginsel en het doeltreffendheidsbeginsel. Dit om te onderzoeken in hoeverre de inhoud van het uiteindelijk aangenomen ViDA-pakket de oorspronkelijke doelen van ViDA reflecteert: het tegengaan van fraude bij grensoverschrijdende transacties en het verminderen van de administratieve lasten voor belastingplichtigen.

In deze bijdrage gaat de auteur in op mogelijke routes om correcties op werknemersheffingen te bewerkstelligen, alsook begrenzingen die daarbij gelden. Hierbij wordt ingegaan op het zogenoemde correctiebericht en de mogelijkheid om na te heffen en worden belangrijke aandachtspunten aangestipt. Ook wordt aandacht besteed aan de (on)mogelijkheid voor inhoudingsplichtigen om loonheffingen te verhalen op werknemers en de fiscale kaders die daarbij een rol spelen.

In 2023 heeft het kabinet vervolgonderzoek laten doen naar de werking van de fiscale informatiebeschikkingsprocedure. Het rapport Onderzoek Informatiebeschikking 2023 – Als we om rechtsbescherming geven is op 6 februari 2024 door de Staatssecretaris van Financiën aan de Tweede Kamer aangeboden. Het onderzoek laat zien dat de in 2016 geconstateerde knelpunten nog steeds bestaan en op onderdelen zelfs nog meer zijn gaan knellen. Zo is de doorlooptijd van de procedure toegenomen en overzien belastingplichtigen het belang van de informatiebeschikking niet altijd, waardoor ze deze voor kennisgeving aannemen en onbewust de bezwaartermijn voorbij laten gaan. Een wettelijke regeling die is bedoeld om rechtsbescherming te bieden tegen vermeend onrechtmatige informatieverzoeken door de inspecteur heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een belangrijk instrument in het arsenaal van de inspecteur om via de zware bewijssanctie van de omkering en verzwaring van de bewijslast tot vaststelling van de belastingheffing te komen. Het ministerie buigt zich momenteel over oplossingen en de uitwerking daarvan. De auteur blikt terug op de invoering van de regeling in 2011, beschrijft de in 2016 geconstateerde knelpunten, gaat nader in op het onderzoek uit 2023 en bespreekt enkele denkrichtingen voor oplossingen.