Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op voordracht van Onze Minister van Justitie van
7 maart 1994, Stafafdeling Wetgeving Publiekrecht, nr.
429101/94/6, gedaan mede namens Onze Minister van Verkeer en
Waterstaat;
De Raad van State gehoord (advies van 1 juli
1994, nr. W03.94.018);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van
Justitie van 12 juli 1994, Stafafdeling Wetgeving
Publiekrecht, nr. 447531/94/6, uitgebracht mede namens Onze
Minister van Verkeer en Waterstaat;