Home

Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer

Geldig vanaf 1 januari 2020
Geldig vanaf 1 januari 2020

Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-01-2020]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is Staatsbosbeheer te verzelfstandigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK I. ALGEMEEN

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  1. Onze Minister: Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  2. raad van toezicht: raad van toezicht, bedoeld in artikel 4;

  3. raad van advies: raad van advies, bedoeld in artikel 9;

  4. directeur: directeur, bedoeld in artikel 13;

  5. object: terrein, gebouw, complex van gebouwen, of water, dan wel een combinatie van één of meer terreinen, gebouwen, complexen van gebouwen of één of meer waters, met bestaande dan wel potentieel aanwezige natuurwetenschappelijke, bosbouwkundige, landschappelijke, recreatieve, archeologische, aardkundige of cultuurhistorische waarden, dan wel met die waarden verband houdende bestaande of potentieel aanwezige educatieve waarden.

Artikel 2

1.

Er is een Staatsbosbeheer, gevestigd te Driebergen-Rijsenburg in de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

2.

Staatsbosbeheer bezit rechtspersoonlijkheid.

3.

In afwijking van het eerste lid kan Onze Minister, op voordracht van de raad van toezicht, een andere gemeente aanwijzen waar Staatsbosbeheer is gevestigd.

HOOFDSTUK II. TAKEN EN DOELSTELLING VAN STAATSBOSBEHEER

Artikel 3

HOOFDSTUK III. DE ORGANEN

Paragraaf 1. De raad van toezicht

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Paragraaf 2. De raad van advies

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Paragraaf 3. De directeur

Artikel 13

Artikel 14

HOOFDSTUK IV. INRICHTING

Artikel 15

HOOFDSTUK V. PERSONEEL VAN DE ORGANISATIE

Artikel 16

HOOFDSTUK VI. PRESTATIE-AFSPRAKEN

Artikel 17

HOOFDSTUK VII. FINANCIERING

Artikel 18

HOOFDSTUK VIII. PLANNING EN VERSLAGLEGGING

Artikel 19

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22

HOOFDSTUK IX. INLICHTINGEN

Artikel 23

HOOFDSTUK X. VOORZIENING BIJ NALATIGHEID

Artikel 24

HOOFDSTUK XI. WIJZIGING VAN ANDERE WETTEN

Artikel 25

Artikel 26

HOOFDSTUK XII. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 27

Artikel 28

Artikel 29

Artikel 30

Artikel 31

Artikel 32

Artikel 33

Artikel 34