Home

Uitleveringsbesluit van Aruba, Curaçao en Sint Maarten

Geldig vanaf 1 mei 2024
Geldig vanaf 1 mei 2024

Uitleveringsbesluit van Aruba, Curaçao en Sint Maarten

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-05-2024]

Aanhef

De Minister van Justitie

Gelet op:

Artikel 3, eerste lid, onder h, Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden

Artikel 48, derde lid, Samenwerkingsregeling Nederlandse Antillen en Aruba

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. Gouverneur: Gouverneur van het land waar de opgeëiste persoon wordt of is aangetroffen. Voor de toepassing van artikel 21 van het besluit wordt daaronder verstaan de Gouverneur van het land waar de vreemdeling zich bevindt;

  2. het Hof van Justitie: het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

  3. de procureur-generaal: de procureur-generaal van het land waar de opgeëiste persoon wordt of is aangetroffen. Voor de toepassing van artikel 13 van het besluit wordt daaronder verstaan de procureur-generaal met de behandeling van de zaak belast;

  4. openbaar ministerie: het openbaar ministerie van het land waar de opgeëiste persoon wordt of is aangetroffen.

Artikel 1a

Ten aanzien van de uitlevering van personen worden geen nieuwe verdragen gesloten of bestaande vernieuwd, dan met inachtneming van de bepalingen van dit besluit.

Artikel 2

1.

Uitlevering kan alleen worden toegestaan ten behoeve van:

  1. een door de autoriteiten van de verzoekende Staat ingesteld strafrechtelijk onderzoek terzake van het vermoeden dat de opgeëiste persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een feit waarvoor, zowel naar het recht van de verzoekende Staat als naar dat van Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten, een vrijheidsstraf van een jaar, of van langere duur, kan worden opgelegd;

  2. de tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf van vier maanden, of van langere duur, door de opgeëiste persoon op het grondgebied van de verzoekende Staat te ondergaan wegens een feit als onder a bedoeld.

2.

Voor de toepassing van het voorgaande lid wordt onder een naar het geldend recht in Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten strafbaar feit mede verstaan een feit waardoor inbreuk is gemaakt op de rechtsorde van de verzoekende staat, terwijl krachtens de wetgeving van Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten eenzelfde inbreuk op de rechtsorde van Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten strafbaar is.

3.

Indien de aanvraag tot uitlevering betrekking heeft op verscheidene, afzonderlijke feiten, die alle krachtens de wetgeving van de verzoekende Staat en van Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten strafbaar zijn gesteld met vrijheidsstraf, maar waarvan sommige niet voldoen aan de voorwaarde met betrekking tot de hoogte van de straf, kan de uitlevering eveneens voor deze laatste feiten worden toegestaan.

Artikel 2a

Artikel 2b

Artikel 2c

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 10a

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 15

Artikel 16 [Vervallen per 01-01-1996]

Artikel 17 [Vervallen per 01-01-1996]

Artikel 18

Artikel 19

Artikel 19a

Artikel 19b

Artikel 19c

Artikel 19d

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22 [Vervallen per 27-06-1983]

Artikel 23

Artikel 24

Artikel 25

Artikel 26