Beleidsregel boeteoplegging Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs 2014
Beleidsregel boeteoplegging Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs 2014
Opschrift
Aanhef
Artikel 1
Bij de berekening van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 19, eerste lid, van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs wordt voor alle overtredingen als uitgangspunt gehanteerd de normbedragen die zijn neergelegd in de ‘Tarieflijst boetenormbedragen bestuurlijke boete Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs’ die als bijlage bij deze beleidsregels is gevoegd.
Artikel 1a
Het boetenormbedrag voor overtreding van artikel 7a, eerste lid of tweede lid, van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs wordt met 50% verhoogd, indien zich ten minste één van de volgende situaties voordoet:
in de vijf jaar voorafgaand aan de overtreding is eerder een overtreding van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs geconstateerd ten aanzien van de onderneming of de inlener;
de overtreding is begaan door een rechtspersoon, of daarmee gelijkgestelde, waarvan een wettelijk vertegenwoordiger eerder wettelijk vertegenwoordiger was van een andere rechtspersoon, of daarmee gelijkgestelde, ten aanzien waarvan een overtreding van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs is geconstateerd, en waarvan de bedrijfsactiviteiten of de locatie waar of van waaruit de werkzaamheden worden verricht dezelfde zijn gebleven.
Artikel 2
Indien sprake is van een overtreding van artikel 7a, eerste of tweede lid, of artikel 7b van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs door een rechtspersoon kan tevens een bestuurlijke boete worden opgelegd aan hen die tot het arbeidskrachten ter beschikking stellen of inlenen opdracht hebben gegeven, als mede aan hen die feitelijk leiding hieraan hebben gegeven.