Home

Beleidsregel Handhaving

Geldig vanaf 1 januari 2022
Geldig vanaf 1 januari 2022

Beleidsregel Handhaving

Besluit TH/BR-030

Versies van huidig besluit

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-01-2022]

De invulling van het handhavingsbeleid van de NZa

november 2021

Managementsamenvatting

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) geeft met dit document inzicht in de wijze waarop zij naleving van wet- en regelgeving in de zorg bevordert. Daarmee geeft de NZa uitvoering aan artikel 75 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg).

Deze beleidsregel beschrijft het beleid voor de inzet van de instrumenten voor het handhavend optreden bij een overtreding. Indien bijzondere omstandigheden in het concrete geval van een overtreding daartoe aanleiding geven, kan de NZa hiervan afwijken. De NZa wil voor de buitenwereld optreden als een toezichthouder die aantoonbaar inzet op het borgen van toegankelijke en betaalbare zorg voor iedereen in Nederland, nu en in de toekomst. Dit vraagt om een weloverwegen inzet van handhavingsinstrumenten bij de overtreding van normen. Maar ook aandacht voor het voorkomen van overtredingen. Deze beleidsregel geeft daarvoor de uitgangspunten weer.

Onder handhaving wordt verstaan: handhaving is al het handelen van de NZa dat bijdraagt aan normnaleving door zorgaanbieders, zorgverzekeraars, Wlz-uitvoerders en het CAK, door toepassing van activiteiten als onder meer preventie, signalering, oordeelsvorming, sturing en het opleggen van sancties.

De NZa ziet handhaving dus als meer dan alleen het opleggen van bestuursrechtelijke sancties. Het doel van de activiteiten is bepalend. Dit doel is terug te vinden in de missie van de NZa: ‘goede, toegankelijke en betaalbare zorg voor iedereen in Nederland, nu en in de toekomst’.

De NZa zet, net als andere markttoezichthouders, haar toezicht risicogebaseerd en probleemoplossend in. Dit betekent concreet dat de NZa investeert in het tijdig zien en begrijpen van gedragingen die afbreuk doen aan toegankelijke en betaalbare zorg (ook wel aangeduid als ‘risico’s’ of ‘problemen’, keuzes maakt in de risico’s of problemen die ze aanpakt, en steeds zoekt naar de meest passende interventies. Naast handhaving heeft de NZa ook de wettelijke taak om de zorgmarkten te monitoren (artikel 16 jo. 32 Wmg) en tarieven en prestaties te reguleren (artikel 16 jo. 50 Wmg). De NZa neemt niet elke individuele melding of klacht in onderzoek, maar benut de informatie uit meldingen en klachten wel voor haar toezicht.

De NZa hanteert de volgende uitgangspunten bij haar handhavingsactiviteiten:

  1. bij handhaving staan de publieke waarden van toegankelijke en betaalbare zorg en het daarmee gediende algemeen burgerbelang centraal;

  2. de NZa grijpt in als er reden toe is;

  3. de keuze van het handhavingsinstrument wordt met name bepaald door het doel dat we ermee kunnen bereiken en de inspanning die het vergt om dat doel te bereiken (effectiviteit en doelmatigheid);

  4. er worden prioriteiten gesteld voor de activiteiten in het kader van toezicht en handhaving.

In geval van een overtreding beschikt de NZa over verschillende handhavingsinstrumenten. De NZa kiest van geval tot geval steeds de meest passende interventie, daarbij algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht nemend. Deze beleidsregel biedt hiertoe handvatten.

1. Inleiding

Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking tot een haar toekomende of onder haar verantwoordelijkheid uitgeoefende bevoegdheid.

Met deze beleidsregel biedt de NZa haar stakeholders1 inzicht in het beleid voor de inzet van handhavingsinstrumenten. Daarmee geeft de NZa gevolg aan artikel 75 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg). Volgens dit artikel dient openbaar te worden gemaakt hoe de toegekende taken en bevoegdheden op het terrein van de handhaving worden uitgevoerd. De NZa gebruikt handhaving voor het bereiken van haar missie: ‘toegankelijke en betaalbare zorg voor iedereen in Nederland, nu en in de toekomst’. De NZa volgt in haar handhavingsbeleid belangrijke inzichten die op het gebied van toezicht in binnen- en buitenland doorgang hebben gevonden, zoals een risico- en probleemoriëntatie, professionaliteit, transparantie en een efficiënte mix van instrumenten.

Onder handhaving verstaat de NZa: al het handelen van de NZa dat bijdraagt aan normnaleving door zorgaanbieders, zorgverzekeraars, Wlz-uitvoerders en het CAK, door toepassing van activiteiten als onder meer preventie, signalering, oordeelsvorming, sturing en het opleggen van sancties.

Deze beleidsregel legt de nadruk op de overwegingen die hierbij een rol spelen. Voor formele procedures wordt verwezen naar onder meer de betreffende artikelen in hoofdstuk 6 van de Wmg, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de jurisprudentie. Als bijkomende omstandigheden in het concrete geval van een overtreding daartoe aanleiding geven, kan de NZa afwijken van deze beleidsregel.2

De normen en regels waarop de NZa toezicht houdt staan met name in de Wmg, de Zorgverzekeringswet (Zvw), de Wet langdurige zorg (Wlz) en in de daaruit voortvloeiende regelgeving.

De NZa is opgericht per 1 oktober 2006. De zorg is sindsdien voortdurend in beweging. Evenzo zijn de inzichten in effectief handhaven aan verandering onderhevig. De NZa heeft met de huidige actualisering van deze beleidsregel beoogd om uiting te geven aan de in de praktijk gangbare methode om handhaving ‘maatwerk’ te laten zijn en het effect voorop te stellen. Indien nieuwe ontwikkelingen dit nodig maken, zal de NZa in de toekomst deze beleidsregel opnieuw van aanpassingen voorzien.

De NZa heeft, net als andere markttoezichthouders, het toezicht vormgegeven met risicogebaseerd en probleemoplossend toezicht. De NZa bewaakt primair de publieke waarden van toegankelijke en betaalbare zorg, nu en in de toekomst. Om gedrag dat afbreuk doet aan deze publieke waarden te identificeren, maakt de NZa gebruik van onder andere meldingen en klachten van bijvoorbeeld brancheorganisaties, burgers, zorgverzekeraars, zorgkantoren en zorgaanbieders. Maar de NZa analyseert zelf ook data (kwalitatief en kwantitatief) om onwenselijke gedragingen te identificeren. De NZa neemt niet elke individuele klacht in onderzoek, maar benut de informatie uit de klachten wel voor haar toezicht om prioriteiten te stellen en bewijs te vergaren. Zo pakt de NZa problemen in de zorg aan. De NZa is echter geen instantie voor de oplossing van individuele klachten van bijvoorbeeld burgers. Daarvoor zijn er wegen van individuele geschilbeslechting.

De NZa kan handhavingsmaatregelen nemen ten aanzien van individuele partijen om normnaleving in de zorg te bevorderen. Als sectorspecifieke toezichthouder neemt de NZa concrete handhavingsmaatregelen als dat passend is, waar nodig na afstemming met andere toezichthouders zoals de Autoriteit Consument & Markt (ACM), De Nederlandsche Bank (DNB) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Deze procedure dient onder meer de zorgvuldigheid. Voor informatie over situaties waarin afstemming aan de orde is wordt verwezen naar de Wmg en de betreffende samenwerkingsprotocollen, te raadplegen op www.nza.nl en de websites van genoemde toezichthouders.

Leeswijzer

In hoofdstuk 2 staan algemene uitgangspunten voor de handhaving. Hoofdstuk 3 bevat uitleg over de algemene kenmerken van de verschillende bevoegdheden. Ook gaat de NZa in op het onderscheid van bestuursrechtelijk en strafrechtelijk optreden en het overleg met het Openbaar Ministerie. In hoofdstuk 4 wordt tot slot ingegaan op de manier waarop de NZa communiceert over deze beleidsregel en over concrete handhavingsmaatregelen.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2022. Indien de Staatscourant waarin de beleidsregel ingevolge artikel 5, aanhef en onder e, van de Bekendmakingswet, wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2021, treedt de beleidsregel in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de beleidsregel wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2022. De beleidsregel ligt ter inzage bij de NZa en is te raadplegen op www.nza.nl.

Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de beleidsregel ‘Handhaving’, met kenmerk TH/BR-016, ingetrokken.

Citeerregel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: ‘Beleidsregel Handhaving’.

2. Uitgangspunten

De uitgangspunten in dit hoofdstuk zijn gebaseerd op het sectorspecifieke wettelijke kader waarbinnen de NZa opereert. De NZa richt zich bij haar handhavingsactiviteiten op de volgende uitgangspunten:

  1. bij handhaving staan de publieke waarden van toegankelijke en betaalbare zorg en het daarmee gediende algemeen burgerbelang centraal;

  2. de NZa grijpt in als er reden toe is;

  3. de keuze van het handhavingsinstrument wordt met name bepaald door het doel dat we ermee kunnen bereiken en de inspanning die het vergt om dat doel te bereiken (effectiviteit en doelmatigheid);

  4. er worden prioriteiten gesteld voor de activiteiten in het kader van toezicht en handhaving.

2.1. Publieke waarden van toegankelijke en betaalbare zorg en het algemeen burgerbelang centraal

2.2. Ingrijpen als er reden toe is

2.3. Effectiviteit en doelmatigheid

2.4. De NZa stelt prioriteiten voor toezicht en handhaving

3. Het handhavingsinstrumentarium

3.1. Informele instrumenten

3.1.1. Voorlichting

3.1.2. Waarschuwing

3.1.3. Openbaarheid

3.2. Bestuursrechtelijke instrumenten

3.2.1. De aanwijzing

3.2.2. Last onder dwangsom en last onder bestuursdwang

3.2.3. Bestuurlijke boete

3.3. Bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving

4. Communicatie

4.1. Beleidsregel handhaving

4.2. Openbaarheid van handhavingsbesluiten en interventies