Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 06-05-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:3602, 19/00921 t/m 19/00923

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 06-05-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:3602, 19/00921 t/m 19/00923

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
6 mei 2020
Datum publicatie
15 mei 2020
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2020:3602
Formele relaties
Zaaknummer
19/00921 t/m 19/00923

Inhoudsindicatie

OB. Omzetbelasting verschuldigd wegens privégebruik woning?

Uitspraak

locatie Arnhem

nummers 19/00921 tot en met 19/00923

uitspraakdatum: 6 mei 2020

Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

Maatschap [X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 3 juni 2019, nummers AWB 18/4679, 18/4680 en 18/4681, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almere (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Belanghebbende heeft over de tijdvakken 1 oktober 2015 tot en met 31 december 2015, 1 oktober 2016 tot en met 31 december 2016 en 1 oktober 2017 tot en met 31 december 2017 omzetbelasting op aangifte voldaan.

1.2.

De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de bezwaren ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Met instemming van partijen is het onderzoek ter zitting achterwege gebleven.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende verricht met omzetbelasting belaste activiteiten en kwalificeert in verband hiermee als ondernemer voor de omzetbelasting. De maten van belanghebbende zijn [A] en [B] . De maten zijn gehuwd in gemeenschap van goederen.

2.2.

In 2008 en 2009 hebben de maten op grond die hun eigendom is een woning laten bouwen (hierna: de woning). De aanneemovereenkomst en de facturen staan op naam van de maten. Belanghebbende heeft de voorbelasting op de bouw van de woning in aftrek gebracht.

2.3.

De woning is in 2009 in gebruik genomen. De woning wordt grotendeels gebruikt door de maten (privé) en deels door belanghebbende (zakelijk, in werkruimten). Belanghebbende betaalt voor het zakelijke gebruik geen vergoeding aan de maten.

2.4.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de voldoening van de omzetbelasting wegens privégebruik van de woning in de laatste aangifte van de jaren 2015, 2016 en 2017. De Inspecteur heeft de bezwaren afgewezen.

2.5.

De Rechtbank heeft geoordeeld dat het arrest van de Hoge Raad van 30 oktober 2015, nr. 14/03007, ECLI:NL:HR:2015:3175 (hierna: het champignonkwekerij-arrest) betrekking heeft op een andere situatie. In dat geval was sprake van een maatschap met drie maten (vader, moeder, dochter), die gebruik maakte van een pand dat slechts eigendom van twee van hen was. In de onderhavige zaak zijn de maten van belanghebbende dezelfde personen als de eigenaren van de woning. Er is geen enkele aanwijzing dat de Hoge Raad heeft willen afwijken van de hoofdregel uit het arrest Charles en Charles-Tijmens (Hof van Justitie van de Europese Unie van 14 juli 2005, C-434/03, ECLI:EU:C:2005:463). In zoverre is ook het Maatschaps-arrest (HR 5 januari 1983, nr. 20 808, ECLI:NL:HR:1983:AW9011) niet achterhaald. Belanghebbende heeft naar het oordeel van de Rechtbank de omzetbelasting over het privégebruik terecht voldaan.

3 Geschil

In geschil is of belanghebbende omzetbelasting is verschuldigd vanwege privégebruik van de woning. Het geschil spitst zich toe op de vraag of van belang is dat, in afwijking van de situatie waarover de Hoge Raad in het champignonkwekerij-arrest heeft geoordeeld, de woning ter beschikking staat van alle maten van belanghebbende in plaats van een deel van hen. Belanghebbende leidt uit het champignonkwekerij-arrest af dat de woning ten onrechte tot het bedrijfsvermogen is gerekend en dat daarom geen omzetbelasting is verschuldigd wegens privégebruik. Het is niet belanghebbende die de woning privé gebruikt, maar de maten. De Inspecteur bestrijdt deze conclusies.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing