Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-04-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:2343, 23/455 t/m 23/461
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-04-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:2343, 23/455 t/m 23/461
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 15 april 2025
- Datum publicatie
- 25 april 2025
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2022:7071, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 23/455 t/m 23/461
- Relevante informatie
- Art. 15 lid 2 onderdeel a Wet OB 1968
Inhoudsindicatie
OB. Misbruik van recht. Zuiver kunstmatige constructies die uitsluitend erop zijn gericht een belastingvoordeel te behalen. De contractuele bepalingen beantwoorden niet aan de economische en commerciële realiteit.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummers BK-ARN 23/455 tot en met 23/461
uitspraakdatum: 15 april 2025
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [vestigingsplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank) van 20 december 2022, nummers AWB 20/5036 tot en met 20/5039 en 20/5041 tot en met 20/5043, ECLI:NL:RBGEL:2022:7071, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amsterdam (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende zijn voor de jaren 2013 tot en met 2017 en voor de tijdvakken eerste kwartaal 2018 en tweede kwartaal 2018 naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. Bij beschikkingen is belastingrente berekend en zijn boetes opgelegd:
Tijdvak |
Aanslagnummer |
Belasting |
Rente |
Boete |
2013 |
F.01.3401 |
€ 50.672 |
€ 10.064 |
€ 4.920 |
2014 |
F.01.4401 |
€ 841.783 |
€ 135.620 |
€ 4.920 |
2015 |
F.01.5401 |
€ 810.032 |
€ 98.103 |
€ 5.278 |
2016 |
F.01.6401 |
€ 777.594 |
€ 63.071 |
€ 5.278 |
2017 |
F.01.7401 |
€ 596.253 |
€ 24.512 |
€ 5.278 |
1e kwartaal 2018 |
F.01.8401 |
€ 207.869 |
- |
€ 5.278 |
2e kwartaal 2018 |
F.01.8242 |
€ 4.877 |
- |
- |
De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de bezwaren ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Noord-Holland. Het beroepschrift is door de rechtbank Noord-Holland doorgestuurd naar de Rechtbank.
De Inspecteur heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend. Hij heeft voor een aantal op de zaken betrekking hebbende stukken (16) ten aanzien van de weggelakte delen van deze stukken een verzoek gedaan tot beperkte kennisneming op grond van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb).
De geheimhoudingskamer van de Rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek om beperkte kennisneming gedeeltelijk moet worden toegewezen en gedeeltelijk moet worden afgewezen.
De Inspecteur heeft met inachtneming van de uitspraak van de geheimhoudingskamer aangepaste versies van de geschoonde zaakstukken overgelegd. Belanghebbende heeft medegedeeld dat zij geen toestemming geeft om mede op basis van de ongeschoonde stukken uitspraak te doen.
De Rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard uitsluitend voor zover het de boeten betreft, de uitspraken op bezwaar in zoverre vernietigd en de boeten vernietigd. Voor het overige heeft zij het beroep ongegrond verklaard. De rechtbank heeft daarbij de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende en bepaald dat het door belanghebbende betaalde griffierecht moet worden vergoed.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 januari 2025. Daarbij zijn verschenen en gehoord [naam1] , [naam2] en [naam3] , bijgestaan door [naam4] , [naam5] en [naam6] . Namens de Inspecteur zijn verschenen [naam7] , [naam8] , [naam9] , [naam10] en [naam11] . Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat bij deze uitspraak is gevoegd.
2 Vaststaande feiten
[naam12] (hierna: [naam12] ) en [belanghebbende] (hierna: [belanghebbende] ) zijn vennootschappen gevestigd in Stockholm (Zweden). [belanghebbende] was 100% aandeelhouder van [naam12] . Op 2 januari 2018 zijn deze vennootschappen gefuseerd met [belanghebbende] als verkrijgende rechtspersoon. [belanghebbende] heeft vestigingen in elf Europese landen, hierna gezamenlijk aangeduid als de [belanghebbende/naam12] -groep.
De [belanghebbende/naam12] -groep houdt zich onder meer bezig met het aankopen en beheren van ‘non performing loan’ portefeuilles (hierna: NPL-portefeuilles). Bij een non performing loon is sprake van een krediet waarbij de kredietnemer zijn betalingsverplichtingen niet meer nakomt. Een NPL-portefeuille is een bundel van dergelijke kredieten.
Belanghebbende was tot 2 januari 2018 een vaste inrichting in Nederland van [naam12] , gevestigd in [vestigingsplaats] . Na de fusie werd zij een vaste inrichting van [belanghebbende] . De vaste inrichting wordt hierna ook aangeduid als [naam13] . [naam13] is verantwoordelijk voor het uitwinnen van alle uitstaande Nederlandse schuldvorderingen. Meer specifiek bestaan de activiteiten van [naam13] onder meer uit het contact leggen met debiteuren (schriftelijk en telefonisch) en het inschakelen en onderhouden van contacten met incassobureaus en gerechtsdeurwaarders om vorderingen te innen.
Op 1 maart 2007 is een Service Letter Agreement (hierna: de SLA 2007) ondertekend door vertegenwoordigers van [naam12] en [naam13] . In de SLA 2007 is beschreven welke diensten [naam13] zal verrichten om Nederlandse schuldvorderingen te innen. Daarnaast zal [naam13] diensten verrichten op het gebied van verkoop en marketing. [naam12] zal alle gemaakte kosten vergoeden, verhoogd met een winstopslag van 5%. De overeenkomst geldt tot het einde van het jaar, maar wordt stilzwijgend verlengd totdat deze wordt opgezegd.
In 2008 is [naam14] opgericht op Jersey. Begin 2009 is de entiteit geregistreerd in het 'Register of Companies incorporated in Jersey' en hernoemd naar [naam32] Limited (hierna: [naam15] ). Tot 24 juli 2017 is de statutaire vestigingsplaats van [naam16] , [adres1] , het kantooradres van [naam17] (hierna: [naam17] ). Per 24 juli 2017 is de statutaire vestigingsplaats van [naam15] gewijzigd naar [naam18] , [adres2] , het kantooradres van [naam19] (hierna: [naam19] ).
In een reorganisatiememorandum van 19 december 2008 van de [belanghebbende/naam12] -groep (hierna: het reorganisatiememo) is over de oprichting van [naam15] onder meer het volgende opgenomen:
“(…)
The primary objectives of the reorganisation are to:
• Establish a new clean SPV for holding the German and French portfolios. This should lead to the following benefits for the Group and the Lenders:
(i) Simplification of the Lenders security structure.
(ii) A clean SPV is a requirement of the Credit Rating Agencies pre issuance of a public credit rating to [belanghebbende/naam12] . This is the next step for the Group following receipt of a shadow rating from Fitch and S&P during late 2007.
(iii) Optimisation of the Group's tax position.
• Simplify the existing corporate and legal structure of the Group. This should result in a lower number of consolidation entities and as a result reduce the overhead required for administration.
(…)
2 Background and Status Quo
(…)
Tax Implications
Any surplus profits arising form the portfolios are currently subject to tax in Sweden. Intra-group servicing activities performed by subsidiaires of [ [naam12] ] are subject to local VAT. The currently applies in France and the Netherlands; the German set-up is structured as a profit-share.
(…)
4. Transfer of German and French Portfolios to Jersey
This is aimed at establishing a clean SPV for holding the German and French portfolios. This should have the benefits highlighted in the introduction.
Description
The German and French portfolios currently held by [naam20] are transferred to a newly established SPV based in Jersey (" [naam21] "). [naam21] will be fully owned by a newly established SPV incorporated in Cyprus (" [naam22] "). [naam22] in turn will be majority-owned (50.1 %) by [naam23] , with the remainder of the shares (49.9%) held by an orphan SPV based in Luxembourg (" [naam24] ").
(…)
After acquiring the portfolios, [naam21] delegates the collection activities to local servicing entities of the [belanghebbende/naam12] Group (i.e. [naam25] and [naam26] , both subsidiaries of [naam27] ), who all enter into new servicing agreements with [naam21] .
(…)
Ongoing Tax Implications post Transfer
Corporate Income and Capital Gains Tax Treatment
Jersey
In Jersey it is expected that due to the type of business of [naam21] , the respective income should be subject to a corporate tax rate of 0% from incorporation.
A 10% tax rate, however, would apply if the business is regulated by the Jersey Financial Services Commission in accordance with Jersey financial services law. We have received a legal opinion from local counsel in Jersey confirming that the business will not fall under the regulation of the Jersey Financial Services Commission, and consequently will not be subject to the 10% tax rate. The purpose of this memorandum is to advise the [belanghebbende/naam12] Group senior and second lien lenders (the "Lenders") of a planned reorganisation of the corporate and portfolio holding structure of the [belanghebbende/naam12] Group.
(…)
VAT Treatment
The activities of the Jersey entity will not be subject to Goods and Services Tax (GST), the
equivalent of VAT in Jersey. This has been confirmed by a binding ruling issued by the
Income Tax Department of the States of Jersey.
The collection services provided by the local branches and subsidiaries are not subject to local VAT. They each have to invoice the collection services to [naam21] without VAT, and no VAT/GST liability will arise on the Channel Islands.
It cannot be fully excluded that other services provided by local entities to [naam21] (e.g. sales and marketing services, administrative services including IT, HR and bookkeeping) might not be regarded as collection services, in which case the VAT treatment of these services might differ (e.g. place of supply, possible tax-exemption). If at all relevant, this will only affect a very minor proportion of the overall servicing fees.
(…)”
Bestuursleden van [naam15] zijn:
- [bestuurslid1] (sinds 3 februari 2009)
- [bestuurslid2] (van 3 februari 2009 tot 30 juni 2015)
- [bestuurslid3] (sinds 4 januari 2011)
- [bestuurslid4] (van 19 mei 2011 tot 22 mei 2014)
- [bestuurslid5] (sinds 10 september 2013)
- [bestuurslid6] (sinds 22 mei 2014)
- [bestuurslid7] (sinds 30 juni 2015)
[bestuurslid4] (hierna: [bestuurslid4] ) en [bestuurslid5] (hierna: [bestuurslid5] ) waren respectievelijk ceo en cfo van [naam12] en later van [belanghebbende] . [bestuurslid6] (hierna: [bestuurslid6] ) was ‘head of corporate structures/taxes’ van [naam12] . [bestuurslid1] , [bestuurslid2] , [bestuurslid3] en [bestuurslid7] werden door [naam17] ter beschikking gesteld.
De Terms of Bussines van [naam17] van 21 december 2010 vermelden – voor zover hier van belang – het volgende:
“1. Nature of our service
We, [naam17] , (which terms shall include any affiliates) are retained to provide company, trustee, administrative and / or secretarial services to you in Jersey and shall, if requested, act in liaison with your other professional advisers. We do not provide investment advice nor shall we provide you with legal or tax advice; and we cannot accept responsibility for the tax implications arising from your activities or those of any person connected with you. By their nature, our services are confidential and we shall not disclose any information obtained in the course of our client relationship to anyone otherwise than in the course of a regulatory or judicial review, or where we are required to by law to co-operate in the enforcement of legal proceedings, or give evidence or information to the Jersey authorities.
(…)