Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 05-11-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:3038, 24/71
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 05-11-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:3038, 24/71
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 5 november 2025
- Datum publicatie
- 25 november 2025
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2023:8726, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 24/71
- Relevante informatie
- Art. 228a Gemw, Art. 117 Wschw, Art. 122d Wschw
Inhoudsindicatie
Aanslag gemeentelijke en waterschapsbelastingen aan belanghebbende, die in een mantelzorgwoning woont. De mantelzorgwoning is gelegen in de tuin van haar voormalige woning die zij aan haar dochter heeft verkocht en heeft een eigen ingang, verwarming, keuken en sanitaire voorzieningen. Het hof is van oordeel dat sprake is van het vereiste gebruik van een perceel en gebruik van een woonruimte door belanghebbende, zodat de aanslag terecht is opgelegd.
Uitspraak
Team belastingrecht
Meervoudige Belastingkamer
Nummer: 24/71
Uitspraak op het hoger beroep van
[belanghebbende] ,
wonend in [woonplaats] ,
hierna: belanghebbende,
tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 14 december 2023, nummer BRE 22/4060, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking West-Brabant,
hierna: de heffingsambtenaar.
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft de aanslag afvalstoffenheffing, rioolheffing gebruiker woning, watersysteemheffing en zuiveringsheffing 2022 opgelegd (hierna: de aanslag).
Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft uitspraak op bezwaar gedaan en het bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingesteld bij het hof. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
De zitting heeft plaatsgevonden op 26 september 2025 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen belanghebbende en haar dochter [dochter] , als haar gemachtigde, en namens de heffingsambtenaar, [heffingsambtenaar] .
Belanghebbende heeft tijdens de zitting een pleitnota voorgelezen en exemplaren daarvan overgelegd aan het hof en aan de andere partij.
2 Feiten
Belanghebbende woonde in het jaar 2022 in een mantelzorgwoning, gelegen in de tuin van een woning in de [adres 1] in [woonplaats] (hierna: de woning).
De mantelzorgwoning was bij een vorige eigenaar van de woning in gebruik als praktijkruimte. In de ruimte is door de vorige eigenaar een wateraansluiting en riolering aangelegd en een keukenblok geplaatst. Belanghebbende heeft, toen zij vervolgens eigenaar was van de woning, de ruimte gebruikt als schuur/garage. Nadat zij de woning aan haar dochter en schoonzoon had verkocht, is de ruimte verbouwd tot mantelzorgwoning. Van de gemeente heeft de mantelzorgwoning het tijdelijk adres [adres 2] in [woonplaats] gekregen.
De mantelzorgwoning is zelfstandig bewoonbaar en heeft een eigen ingang, verwarming, keuken en sanitaire voorzieningen. De voorzieningen waren al aanwezig voordat de ruimte werd gebruikt als mantelzorgwoning.
De heffingsambtenaar heeft belanghebbende voor het belastingjaar 2022 in verband met haar bewoning van de mantelzorgwoning aangeslagen als eenpersoonshuishouden op het adres [adres 2] voor de volgende belastingen (hierna: de heffingen):
- aanslag afvalstoffenheffing € 255,11
- aanslag rioolheffing gebruiker woning € 201,10
- aanslag zuiveringsheffing woonruimten € 62,85
- aanslag watersysteemheffing ingezetene € 66,54.
De heffingsambtenaar heeft de aanslag bij uitspraak op bezwaar gehandhaafd.
3 Geschil en conclusies van partijen
In geschil is het antwoord op de vraag of de aanslag terecht aan belanghebbende is opgelegd. Meer in het bijzonder gaat het om het antwoord op de vragen:
1) is met betrekking tot de aanslagen afvalstoffen- en rioolheffing sprake van gebruik van een perceel door belanghebbende?
2) is met betrekking tot de aanslagen zuiverings- en watersysteemheffing sprake van gebruik van een woonruimte door belanghebbende?
Belanghebbende concludeert tot een gegrond hoger beroep en vernietiging van de aanslag. De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank en handhaving van de aanslag.