Home

Hoge Raad, 12-04-2024, ECLI:NL:HR:2024:571, 22/03770

Hoge Raad, 12-04-2024, ECLI:NL:HR:2024:571, 22/03770

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
12 april 2024
Datum publicatie
12 april 2024
ECLI
ECLI:NL:HR:2024:571
Formele relaties
Zaaknummer
22/03770

Inhoudsindicatie

Wet WOZ; art. 17, lid 3; gecorrigeerde bedrijfswaarde; stelplicht en bewijslast; betekenis HR 14 oktober 2005, ECLI:NL:HR:2015AU4300 (Oostflakkee); exploitatieresultaten gebruiker van belang?

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

BELASTINGKAMER

Nummer 22/03770

Datum 12 april 2024

ARREST

in de zaak van

[X] B.V. (hierna: belanghebbende)

tegen

het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE AMERSFOORT

op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 30 augustus 2022, nrs. BK-ARN 21/01048 en BK-ARN 21/010491, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland (nrs. UTR 20/1193 en UTR 20/1194) betreffende ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikkingen op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslagen in de onroerendezaakbelastingen en in de rioolheffing voor de jaren 2018 en 2019.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende, vertegenwoordigd door J.W.C. Nuis en B.S. Kats, heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort, vertegenwoordigd door [P], heeft een verweerschrift ingediend.

De Advocaat-Generaal M.R.T. Pauwels heeft op 24 november 2023 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.2

Belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.

2 Uitgangspunten in cassatie

2.1

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak, een golfcomplex. Zij verhuurt het golfcomplex aan een vennootschap onder firma (hierna: de Golfclub) die het golfcomplex exploiteert met het uitsluitende doel daarmee winst te behalen. De vennoten van de Golfclub zijn twee 100%-dochtermaatschappijen van belanghebbende. Belanghebbende is enig bestuurder van deze dochtermaatschappijen.

2.2

De Heffingsambtenaar heeft het golfcomplex op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: Wet WOZ) voor de jaren 2018 en 2019 gewaardeerd op een gecorrigeerde vervangingswaarde van € 4.300.000.

3 Procedure voor het Hof

3.1

Voor het Hof was alleen in geschil of rekening moet worden gehouden met een extra afschrijving voor functionele veroudering als bedoeld in artikel 4, lid 4, van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Uitvoeringsregeling) zodat de gecorrigeerde vervangingswaarde moet worden gesteld op de lagere bedrijfswaarde (de indirecte opbrengstwaarde). Ter onderbouwing van de lagere bedrijfswaarde heeft belanghebbende discounted-cash-flowberekeningen overgelegd die mede zijn gebaseerd op de kasstromen van de Golfclub als gebruiker van het golfcomplex.

3.2

Het Hof heeft geoordeeld dat de bedrijfswaarde moet worden bepaald overeenkomstig hetgeen voor de eigenaar geldt. Aangezien belanghebbende de door haar bepleite lagere bedrijfswaarde mede heeft gebaseerd op kasstromen van de gebruiker die belanghebbende niet aangaan, en geen waardebepaling is opgemaakt die enkel is gebaseerd op de kasstromen van belanghebbende, heeft belanghebbende volgens het Hof niet aannemelijk gemaakt dat aanleiding bestaat voor een extra functionele afschrijving als bedoeld in artikel 4, lid 4, van de Uitvoeringsregeling. Daarom kan de door de Heffingsambtenaar vastgestelde waarde van € 4.300.000 worden gevolgd, aldus het Hof.

4 Beoordeling van het middel

5 Proceskosten

6 Beslissing