Parket bij de Hoge Raad, 13-07-2010, BM0930, 08/04190
Parket bij de Hoge Raad, 13-07-2010, BM0930, 08/04190
Gegevens
- Instantie
- Parket bij de Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 13 juli 2010
- Datum publicatie
- 13 juli 2010
- ECLI
- ECLI:NL:PHR:2010:BM0930
- Formele relaties
- Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2010:BM0930
- Zaaknummer
- 08/04190
Inhoudsindicatie
Conclusie
Nr. 08/04190
Mr Jörg
Zitting 6 april 2010
Conclusie inzake:
[Verzoeker = verdachte]
1. Verzoeker is door het gerechtshof te Amsterdam, bij arrest van 28 maart 2008 wegens - kort gezegd - medeplegen van diefstal met geweld veroordeeld tot 30 maanden gevangenisstraf.
2. Namens verzoeker hebben mrs B.P de Boer en A.J. van der Velden, advocaten te Amsterdam, bij schriftuur één middel van cassatie voorgesteld.
3. Het middel klaagt dat het hof heeft verzuimd beslissingen te nemen over voorwerpen die onder verzoeker in beslag zijn genomen.
4. De advocaat-generaal bij het hof heeft ter terechtzitting gevorderd dat de telefoon van het merk Samsung terug wordt gegeven aan het slachtoffer en dat de overige inbeslaggenomen voorwerpen (nl. de (andere) telefoons, het geld en de handschoenen) verbeurd worden verklaard.(1) Uit deze vordering van de advocaat-generaal kan worden afgeleid dat het beslag op deze voorwerpen nog niet was geëindigd.
5. De bestreden uitspraak bevat echter geen beslissingen over in beslag genomen voorwerpen. Noch blijkt uit de aan de Hoge Raad ingezonden stukken dat verzoeker heeft verklaard afstand te doen van deze, onder hem, in beslag genomen voorwerpen. Het hof heeft dan ook verzuimd hierover in zijn arrest een beslissing te nemen. Het middel klaagt hierover terecht. Tot cassatie behoeft dit verzuim echter niet te leiden, nu verzoeker zich op grond van art. 552a Sv (alsnog) kan beklagen over onder meer het uitblijven van een last tot teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen.(2)
6. Het middel faalt en kan worden afgedaan met de aan art. 81 RO ontleende overweging. Ambtshalve gronden waarop Uw Raad de aangevallen beslissing zou moeten vernietigen heb ik niet aangetroffen.
7. Deze conclusie strekt tot verwerping van het beroep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
A-G
1 Zie de vordering van de advocaat-generaal bij het hof, gedaan ter terechtzitting van het hof op 14 maart 2008.
2 Vgl. de door ambtgenoot Vellinga genomen conclusie bij HR 7 juli 2009, LJN BI4727. De Hoge Raad heeft het beroep met toepassing van art. 81 RO verworpen.