Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 01-07-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:4082, BRE 24/4857
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 01-07-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:4082, BRE 24/4857
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 1 juli 2025
- Datum publicatie
- 7 juli 2025
- Zaaknummer
- BRE 24/4857
- Relevante informatie
- Art. 3, lid 1, Wet OB 1968, Art. 37e Wet OB 1968, DWU
Inhoudsindicatie
Naheffingsaanslag omzetbelasting, levering paard, beroep ongegrond.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 24/4857
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 7 mei 2024.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor de tijdvakken gelegen in de periode 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting opgelegd van € 21.000. Gelijktijdig met de vaststelling van de naheffingsaanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 3.952 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep op 20 mei 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende en de gemachtigde van belanghebbende. Namens de inspecteur hebbende mr. [inspecteur 1] , [inspecteur 2] , mr. [inspecteur 3] en mr. [inspecteur 4] deelgenomen.