Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-09-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:6405, BRE 24/7812, BRE 25/73
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-09-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:6405, BRE 24/7812, BRE 25/73
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 25 september 2025
- Datum publicatie
- 1 oktober 2025
- Zaaknummer
- BRE 24/7812, BRE 25/73
- Relevante informatie
- Art. 7.8 Wet IB 2001, Art. 21bis Uitv besl IB 2001
Inhoudsindicatie
IB/PVV 2017 en 2021. Beroepen ongegrond. Geen sprake van kwalificerende buitenlandse belastingplichtige. Vertrouwensbeginsel niet geschonden. Overschrijding redelijke termijn.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 24/7812 en BRE 25/73
[belanghebbende] , uit [plaats 1] (Verenigd Koninkrijk), belanghebbende
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 14 oktober 2024 en 3 december 2024.
De inspecteur heeft aan belanghebbende aanslagen inkomstenbelasting (IB) opgelegd voor de jaren 2017 en 2021. De aanslag IB voor het jaar 20171 is opgelegd naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 7.120. De aanslag IB voor het jaar 20212 is opgelegd naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 8.974.
De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft de beroepen op 14 augustus 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende en haar echtgenoot [inspecteur 1] en, namens de inspecteur, mr. [inspecteur 2] en mr. [inspecteur 3] .