Hoge Raad geeft uitleg over toepassing art. 2 lid 3 BPB bij proceskostenvergoeding (afwijken van forfaitaire puntensysteem)

Hoge Raad geeft uitleg over toepassing art. 2 lid 3 BPB bij proceskostenvergoeding (afwijken van forfaitaire puntensysteem)

Gegevens

Nummer
2025/1111
Publicatiedatum
11 juli 2025
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:HR:2025:1127
Rubriek
Formeel belastingrecht
Relevante informatie

In dit arrest corrigeert de Hoge Raad een onjuiste bezwaarkostenvergoeding. Ten overvloede overweegt de Hoge Raad het een en ander over de toepassing van art. 2 lid 3 BPB bij het toekennen van een proceskostenvergoeding. Op grond van deze bepaling kan de rechter in bijzondere omstandigheden naar boven of naar beneden afwijken van de forfaitaire tarieven, of afzien van toekenning van een proceskostenvergoeding. Daarvoor is niet vereist dat het gaat om een situatie die zich zelden voordoet. Zo kan de rechter art. 2 lid 3 BPB toepassen indien vasthouden aan het forfaitaire puntensysteem zou leiden tot een vergoeding die de in redelijkheid gemaakte kosten ver overtreft. Verder staat het de rechter vrij om met toepassing van art. 2 lid 3 BPB in het geheel geen proceskostenvergoeding toe te kennen als het inroepen van beroepsmatige rechtsbijstand niet redelijk is, zoals bij herstel van een evidente rekenfout die met een eenvoudige melding kan worden hersteld, of als het geschil betrekking heeft op een zeer gering financieel belang.

(Volgt gegrondverklaring.)