Inspecteur kan met bewijsvermoeden voldoen aan verzwaarde bewijslast voor boete (I)

Inspecteur kan met bewijsvermoeden voldoen aan verzwaarde bewijslast voor boete (I)

Gegevens

Nummer
2025/1160
Publicatiedatum
18 juli 2025
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:HR:2025:1063
Rubriek
Formeel belastingrecht
Relevante informatie

Belanghebbende exploiteert een coffeeshop. Naar aanleiding van een boekenonderzoek heeft de inspecteur de aangiften inkomstenbelasting gecorrigeerd en vergrijpboetes (art. 67d AWR) opgelegd. Hof Amsterdam (NTFR 2024/1047) heeft de boetes in stand gelaten. De Hoge Raad onderschrijft dit oordeel. In fiscale boetezaken geldt de verzwaarde bewijslast (‘doen blijken’) voor de inspecteur voor de bestanddelen van het beboetbaar feit. De bewezenverklaring van deze bestanddelen – in dit geval de opzet – kan steunen op een bewijsvermoeden. Een bewijsvermoeden van opzet op het doen van een onjuiste aangifte, kan worden ontleend aan gedragingen van de belanghebbende die naar hun uiterlijke verschijningsvorm zozeer zijn gericht op het doen van een onjuiste aangifte, dat het – behoudens contra-indicaties – niet anders kan zijn dan dat belanghebbende dit heeft gewild, of althans de aanmerkelijke kans hierop bewust heeft aanvaard.

In dit geval heeft het hof buiten redelijke twijfel vastgesteld dat de inkoop- en kasadministratie – waarop de aangiften inkomstenbelasting mede zijn gebaseerd – zeer gebrekkig zijn, dat daardoor geen controle op de kasstromen mogelijk was, dat in de coffeeshop alle transacties per kas werden verricht, dat kastekorten periodiek werden bijgestort uit privé, dat daardoor kastekorten en bijstortingen niet zijn te volgen en dat bij de waarnemingen ter plaatse is geconstateerd dat de administratie niet alleen gebrekkig maar ook inhoudelijk onjuist is. Op basis hiervan is het vermoeden van opzet gerechtvaardigd, welk vermoeden zo sterk is dat het behoudens ontzenuwing ervan niet anders kan zijn dan dat belanghebbende opzettelijk onjuiste aangiften heeft gedaan.

Deze samenvatting ziet ook op arrest HR 18 juli 2025, nr. 24/00736, ECLI:NL:HR:2025: 1173.