Gerenommeerd belastingadviseur als familielid maakt niet dat het niet of niet tijdig doen van een aangifte straffeloos kan blijven

Gerenommeerd belastingadviseur als familielid maakt niet dat het niet of niet tijdig doen van een aangifte straffeloos kan blijven

Gegevens

Nummer
2025/1318
Publicatiedatum
1 september 2025
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2025:1069
Rubriek
Formeel belastingrecht
Relevante informatie

In eerste aanleg is belanghebbende veroordeeld wegens het niet of niet binnen de termijn doen van de aangifte IB/PVV 2017, tot een voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 80 uren, subsidiair 40 dagen vervangende hechtenis, met een proeftijd van twee jaren. Aan deze voorwaardelijke taakstraf zijn als bijzondere voorwaarden gesteld:

i. dat de verdachte binnen zes maanden na het onherroepelijk worden van het vonnis haar volledige en juiste inkomensgegevens aan de Belastingdienst verstrekt over de jaren 2017 t/m 2021 en

ii. dat de verdachte voor de belastingjaren 2022 en 2023 tijdig bij de Belastingdienst een volledige en juiste aangifte IB doet.

Tijdens het hoger beroep wordt de partner van belanghebbende gehoord en bevraagd over de wijze hoe belanghebbende omging met post van de Belastingdienst. De partner antwoordde dat de post door hen beide werd geopend en besproken. Vervolgens werd de post doorgestuurd naar de vader van de partner, een gerenommeerd belastingadviseur.

De verweren van belanghebbende omtrent de afwezigheid van opzet, het legaliteitsbeginsel en het niet voldoen aan het strekkingsvereiste, worden gepasseerd door het hof.

Het hof veroordeelt vervolgens tot een voorwaardelijk taakstraf van 80 uur met een proeftijd van twee jaar. Het hof ziet geen aanleiding om een bijzondere voorwaarde op te leggen. Gebleken is dat belanghebbende de aangiften over 2017 t/m 2021 inmiddels heeft gedaan.