Actualisering Beleidsbesluit subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen

Actualisering Beleidsbesluit subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen

Gegevens

Nummer
2022/395
Publicatiedatum
31 maart 2022
Auteur
Redactie
Rubriek
Vennootschapsbelasting/Dividendbelasting
Relevante informatie
Staatscourant 2022, 8041: Vennootschapsbelasting. Subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen (artikel 6 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969), Art. 6, Wet VPB 1969

Het besluit subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen (art. 6 Wet VPB 1969) is geactualiseerd. De aanleiding is HR 21 januari 2022, nr. 20/00772, NTFR 2022/405. Daarin oordeelde de Hoge Raad dat de in het besluit opgenomen pro-rata-uitleg van de tweede winstgrens in strijd is met het recht. De wijzigingen in het nieuwe besluit betreffen:

  • onderdelen 2.2 en 3 zijn in overeenstemming gebracht met het arrest (absolute tweede winstgrens); en

  • onderdeel 3.1 (nieuw) waarin de gevolgen voor bestaande gevallen worden geregeld voor wat betreft terugwenteling van verliezen en eindafrekening (goedkeuring).

Het beleidsbesluit is op 31 maart 2022 in werking getreden met terugwerkende kracht naar 10 maart 2022. De goedkeuring van onderdeel 3.1 geldt vanaf 21 januari 2022.