Omzetbelasting kan niet worden nageheven omdat afnemer deze niet heeft afgetrokken

Omzetbelasting kan niet worden nageheven omdat afnemer deze niet heeft afgetrokken

Gegevens

Nummer
2022/757
Publicatiedatum
23 juni 2022
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2022:3079
Rubriek
Omzetbelasting
Trefwoorden
gevaar voor verlies van belastinginkomsten, geloofwaardige verklaring
Relevante informatie
Art. 37 Wet OB 1968

Belanghebbende exploiteert een minigraafbedrijf in de vorm van een eenmanszaak. In 2014 heeft hij een opdracht aangenomen. Afgesproken is dat de facturen van belanghebbende pas worden betaald nadat een andere ondernemer aan de opdrachtgever heeft betaald. Belanghebbende heeft in 2014 vier facturen met omzetbelasting uitgereikt aan de opdrachtgever. Daarna is door belanghebbende aan de opdrachtgever een creditfactuur uitgereikt waarbij vier facturen zijn gecrediteerd. Belanghebbende heeft kwartaalaangiftes omzetbelasting voldaan. De omzetbelasting die op de facturen is vermeld, is niet op aangifte voldaan. De inspecteur heeft daarom de naheffingsaanslag opgelegd waartegen belanghebbende in beroep is gekomen.

De rechtbank stelt voorop dat belanghebbende gehouden is de in rekening gebrachte omzetbelasting op aangifte te voldoen. Dat geldt ook wanneer de verleggingsregeling van toepassing is. Dat later een creditfactuur is gestuurd ontslaat belanghebbende nog niet van de plicht om de omzetbelasting op aangifte te voldoen. De ten onrechte gefactureerde omzetbelasting kan volgens de rechtbank alleen worden herzien wanneer hij ook het gevaar voor verlies aan belastinginkomsten tijdig en volledig heeft uitgeschakeld. Herziening kan niet als het risico bestaat dat de berekende omzetbelasting door de ondernemer in aftrek is of wordt gebracht. De rechtbank legt de bewijslast dat de omzetbelasting niet in aftrek is gebracht bij belanghebbende. Vervolgens oordeelt de rechtbank dat belanghebbende aan de bewijslast heeft voldaan. Uit de overeenkomst tot aanneming staat dat de opdrachtgever de facturen alleen zou betalen als zij zelf betaald zou worden door de klant. De uitgereikte facturen zijn daarom niet geaccepteerd door de opdrachtgever en zijn niet in de administratie verwerkt. Omdat de opdrachtgever nooit is betaald door haar klant, heeft zij de facturen niet erkend. Dit alles wordt bevestigd in een verklaring van de directeur van de opdrachtgever, aldus de rechtbank. Naar het oordeel van de rechtbank heeft belanghebbende aangetoond dat het gevaar voor verlies van belastinginkomsten tijdig en volledig is uitgeschakeld. De naheffingsaanslag moet worden vernietigd.

(Beroep gegrond.)