RSZ-premies niet vergelijkbaar met Nederlandse volksverzekeringen

RSZ-premies niet vergelijkbaar met Nederlandse volksverzekeringen

Gegevens

Nummer
2023/731
Publicatiedatum
6 juni 2023
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:3123
Rubriek
Internationaal en Europees
Relevante informatie
Art. 8:75a Awb, Art. 27 Verdrag Nederland-België

In geschil is of bij de compensatieregeling van art. 27 van het belastingverdrag met België rekening dient te worden gehouden met de in België ingehouden premies van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ-premies). De vraag is of deze premies meetellen als ingehouden premies volksverzekeringen. De rechtbank oordeelt dat voor de berekening van de compensatie moet worden uitgegaan van de verschuldigde premie als bedoeld in de Wet financiering volksverzekeringen dan wel daarmee vergelijkbare bijdragen en premies ingevolge de Belgische sociale zekerheid. De vraag is of de RSZ-premies daaronder vallen. De rechtbank stelt vast dat de verdragspartners hierover gecorrespondeerd hebben. De conclusie is dat beide verdragspartners hebben afgesproken dat de RSZ-premies niet vergelijkbaar zijn met de Nederlandse volksverzekeringen. De RSZ-premies zijn werknemersverzekeringen. Het verrichten van arbeid is noodzakelijk om daar recht op te hebben en dat is een wezenlijk verschil met de Nederlandse volksverzekeringen. Het beroep over het jaar 2016 is gegrond omdat de inspecteur de te weinig geheven IB intern heeft gecompenseerd met de te veel geheven PVV, hetgeen niet mogelijk is. De overige grieven van belanghebbende worden verworpen.

(Beroep 2016 gegrond, beroepen 2017 en 2018 ongegrond.)