Persoonlijke aansprakelijkheid van de (kandidaat-)notaris
Aflevering 7487, gepubliceerd op 27-01-2025 geschreven door prof. mr. T.F.E. Tjong Tjin TaiEen omstreden kwestie in de beroepsaansprakelijkheid is de persoonlijke aansprakelijkheid van de beroepsbeoefenaar. Krachtens art. 7:404 BW, zoals uitgelegd in HR 15 maart 2013, NJ 2013/290, kan een beroepsbeoefenaar (in casu een advocaat) ook in persoon aansprakelijk zijn voor wanprestatie bij de opdracht die deze in de hoedanigheid van beroepsbeoefenaar verrichtte. Daarnaast heeft de Hoge Raad in HR 18 september 2015, NJ 2016/66 aangegeven dat eenzelfde persoonlijke aansprakelijkheid kan worden gebaseerd op art. 6:162 BW. Deze uitspraken hebben kritiek ontmoet in de literatuur (T. Hartlief, ‘Prijsschieten in het aansprakelijkheidsrecht’, in: M. Faure e.a., Eindeloos getob (liber Schwarz), Deventer: Kluwer 2022, p. 339-359, C.H. Sieburgh, ‘Waakt voor achteloze daderschapsverdubbeling’, in: S.E. Bartels e.a., Vertrouwen in het burgerlijke recht (liber Kortmann), Deventer: Kluwer 2017, p. 495-515, Asser/Tjong Tjin Tai 7-IV 2022/122, alle met verdere verwijzingen).