Een inwoner van een verdragsland, niet zijnde een inwoner als bedoeld in artikel 4, die ingevolge het dividendartikel (en/of het interestartikel) van het Verdrag aanspraak heeft op gehele of gedeeltelijke vermindering van dividendbelasting, levert voor het geldend maken van die aanspraak bij de fiscale autoriteit over zijn woonplaats een ingevulde en ondertekende verklaring in tweevoud in op een formulier volgens het in de bijlage I opgenomen model (formulier IB 92 Universeel). Nadat hij een exemplaar van de verklaring voorzien van dagtekening en ondertekening van de daarop voorkomende bevestiging omtrent de woonplaats heeft terugontvangen van vorenbedoelde autoriteit, legt hij dit over bij het innen van de dividenden.
Universele Nederlandse uitvoeringsvoorschriften 2015 inzake belastingverdragen, uitgezonderd het belastingverdrag met de Verenigde Staten van Amerika, en de Belastingregeling Nederland Curaçao
Universele Nederlandse uitvoeringsvoorschriften 2015 inzake belastingverdragen, uitgezonderd het belastingverdrag met de Verenigde Staten van Amerika, en de Belastingregeling Nederland Curaçao
Besluit DGB2015-5569M
- Voorafgaande besluiten
- DGB2015/70M
Opschrift
De staatssecretaris van Financiën heeft de volgende regeling vastgesteld.
In deze regeling worden de universele Nederlandse uitvoeringsvoorschriften 2015 inzake belastingverdragen, uitgezonderd het belastingverdrag met de Verenigde Staten van Amerika, en de Belastingregeling Nederland Curaçao vastgesteld. In deze actualisering is de Belastingregeling Nederland Curaçao toegevoegd. Voor de Belastingregeling Nederland Curaçao is onder meer bepaald dat de beoordeling van de verzoeken om toepassing van de inhoudingsvrijstelling bij deelnemingsdividenden bij het APA-/ATR-team van Belastingdienst/Grote Ondernemingen (kantoor Rotterdam) zal plaatsvinden. Dit ziet met name op de voordelen genoemd in artikel 10, derde lid, onderdeel a, vijfde lid en achtste lid van de Belastingregeling Nederland Curaçao. Verder is er een nieuw artikel 7 toegevoegd dat betrekking heeft op de tijdelijke regeling voor deelnemingsdividenden in de Belastingregeling Nederland Curaçao.
In de navolgende regeling stel ik vast de volgende regeling met bijlage I (formulier IB 92 Universeel) ter uitvoering van het dividendartikel (en het interestartikel) in de verdragen tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (en naar het vermogen), (met Protocol), die Nederland heeft gesloten met Albanië, Argentinië, Armenië, Australië, Azerbeidzjan, Bahrein, Bangladesh, Barbados, Belarus, België, Brazilië, Bulgarije, Canada, China, Denemarken, Duitsland, Egypte, Estland, Filippijnen, Finland, Frankrijk, Georgië, Ghana, Griekenland, Hongarije, Hongkong, Ierland, IJsland, India, Indonesië, Israël, Italië, Japan, Joegoslavië (voormalig), Jordanië, Kazachstan, Koeweit, Korea, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Macedonië, Maleisië, Malta, Marokko, Mexico, Moldavië, Nieuw-Zeeland, Nigeria, Noorwegen, Oekraïne, Oezbekistan, Oman, Oostenrijk, Pakistan, Panama, Polen, Portugal, Qatar, Roemenië, Russische Federatie, Saudi-Arabië, Singapore, Slovenië, Slowakije, Sovjet-Unie (voormalig), Spanje, Sri Lanka, Suriname, Thailand, Tsjechië, Tunesië, Turkije, Uganda, Venezuela, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Arabische Emiraten (VAE), Vietnam, Zambia, Zimbabwe, Zuid-Afrika, Zweden en Zwitserland, alsmede op basis van het Besluit van 25 april 2001, houdende vaststelling van het Besluit voorkoming dubbele belasting Nederland - Taiwan, en van artikel 10, vijftiende lid, en artikel 30 van de Belastingregeling Nederland Curaçao.
Artikel 1. Algemeen
Deze regeling verstaat onder:
Verdrag: elk van de verdragen tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (en naar het vermogen), (met Protocol), die Nederland heeft gesloten met de in de aanhef van deze regeling genoemde landen. Hieronder wordt mede verstaan het Besluit voorkoming dubbele belasting Nederland – Taiwan en de Belastingregeling Nederland Curaçao.
Verdragsland: elk van de in de aanhef van deze regeling vermelde landen, Taiwan en Curaçao.
Dividenden: hetgeen daaromtrent is bepaald in elk van de in onderdeel a bedoelde verdragen. In de meeste door Nederland gesloten verdragen wordt voor dividenden onderscheid gemaakt tussen 'portfoliodividenden' en 'deelnemingsdividenden'. Voor ‘portfoliodividenden’ (ook wel aangeduid als ‘beleggingsdividenden’) bedraagt het bronheffingspercentage in de belastingverdragen als regel 15%. In een aantal verdragen is voor portfoliodividenden echter een percentage van 10% overeengekomen.
Voor deelnemingsdividenden is in de belastingverdragen in het algemeen een lager bronheffingspercentage (10%, 5% of 0%) overeengekomen. Dit verlaagde tarief is gebonden aan een in de belastingverdragen vastgelegde minimum-deelneming (5%, 7,5%, 10%, 15%, 25%, 30%, 50% of een ander percentage). Waar hierna van 'deelnemingsdividenden' wordt gesproken, worden daarmee steeds dividenden bedoeld uit een deelneming die ten minste voldoet aan het in het desbetreffende belastingverdrag gestelde minimum. Alle andere dividenden worden gerekend tot de 'portfoliodividenden', die derhalve ook betrekking kunnen hebben op niet-natuurlijke personen.
Interest: hetgeen daaromtrent is bepaald in elk van de in onderdeel a bedoelde verdragen.
Artikel 2. Nederlandse dividendbelasting met betrekking tot portfoliodividenden (vrijstellingsprocedure)
De vennootschap die dividend verschuldigd is, degene bij wie de opbrengst betaalbaar is gesteld, het administratiekantoor dat de opbrengst doorbetaalt aan certificaathouders, en degene tot wiens beroep het kopen of innen van dividendbewijzen gewoonlijk behoort, zijn bevoegd die opbrengst uit te betalen onder aftrek van dividendbelasting tot het van toepassing zijnde verdragspercentage indien de gerechtigde tot de opbrengst is gerechtigd tot een vermindering van dividendbelasting in overeenstemming met het dividendartikel (en/of het interestartikel) van het Verdrag en voorts het van een ondertekende bevestiging omtrent de woonplaats voorziene exemplaar van de in het eerste lid bedoelde verklaring heeft overgelegd.
Voor zover dividendbelasting door de vennootschap is ingehouden en door haar is afgedragen aan de inspecteur van het organisatieonderdeel van de Belastingdienst, onder wie zij ressorteert, maar zij bij de uitbetaling van de opbrengst aan de gerechtigde tot die opbrengst geen rekening heeft gehouden met de aftrek, bedoeld in het tweede lid, wordt de te veel afgedragen belasting aan de vennootschap teruggegeven na indiening van een verzoek bij de inspecteur onder overlegging van het van een ondertekende bevestiging omtrent de woonplaats voorziene exemplaar van de in het eerste lid bedoelde verklaring. De inspecteur beslist op het verzoek bij voor bezwaar vatbare beschikking.
Artikel 3. Nederlandse dividendbelasting met betrekking tot portfoliodividenden (teruggaafprocedure)
Een inwoner van een verdragsland, niet zijnde een inwoner zoals bedoeld in artikel 4, die ingevolge het dividendartikel (en/of het interestartikel) van het verdrag aanspraak heeft op vermindering van dividendbelasting, die geen deelneming bezit zoals bedoeld in artikel 6 en die zijn aanspraak niet op de voet van artikel 2 geldend heeft kunnen maken, heeft recht op teruggaaf van dividendbelasting. De teruggaaf is gelijk aan het bedrag aan dividendbelasting dat op grond van het verdrag te veel is ingehouden.
Om de teruggaaf te verkrijgen dient de belanghebbende een verzoek in via de website van de Belastingdienst, waarbij hij onder andere verklaart de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden te zijn.
De belanghebbende dient in het bezit te zijn van een door de fiscale autoriteiten van de betrokken verdragsstaat gedagtekend en ondertekend document waarin deze autoriteiten verklaren dat hij voor de toepassing van het verdrag met die staat inwoner is van die staat (woonplaatsverklaring). De woonplaatsverklaring mag niet ouder zijn dan twee jaar voorafgaand aan het jaar waarin het dividend ter beschikking is gesteld.