Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 15-01-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:67, 23/1554 tot en met 23/1556

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 15-01-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:67, 23/1554 tot en met 23/1556

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
15 januari 2025
Datum publicatie
27 maart 2025
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2025:67
Formele relaties
Zaaknummer
23/1554 tot en met 23/1556
Relevante informatie
Art. 223 Gemw

Inhoudsindicatie

Aanslagen forensenbelasting 2020 t/m 2022. Belanghebbende heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij binnen de gemeente hoofdverblijf had. Een laag energieverbruik ten opzichte van de Nibud-normen kan, in samenhang bezien met de andere omstandigheden van het geval, leiden tot de conclusie dat iemand niet zijn of haar hoofdverblijf in die woning heeft. Hoger beroep ongegrond.

Uitspraak

Team belastingrecht

Meervoudige Belastingkamer

Nummers: 23/1554 tot en met 23/1556

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonend in [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 10 oktober 2023, nummers BRE 21/838, 22/587 en 23/620, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente Vlissingen,

hierna: de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft aanslagen forensenbelasting voor de jaren 2020 tot en met 2022 opgelegd aan belanghebbende (hierna tevens: de aanslagen).

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft uitspraken op bezwaar gedaan en de bezwaren ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraken beroep ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingesteld bij het hof. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Belanghebbende heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn doorgestuurd naar de heffingsambtenaar.

1.6.

De zitting heeft plaatsgevonden op 29 november 2024 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen belanghebbende en, namens de heffingsambtenaar, [heffingsambtenaar] .

1.7.

Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

2 Feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van een woning gelegen aan [adres 1] 586 in [woonplaats] (hierna: de woning). De woning betreft een appartement met energielabel B en een oppervlakte van 127 m2. Belanghebbende staat in de jaren 2020 tot en met 2022 in de Basisregistratie Personen (hierna: BRP) ingeschreven op het adres van de woning. Belanghebbende is tevens eigenaar van een woning gelegen aan [adres 2] 16 in [plaats] .

2.2.

Belanghebbende is gehuwd met [echtgenote] (hierna: de echtgenote). De echtgenote staat in de jaren 2020 tot en met 2022 in de BRP ingeschreven op het adres in [plaats] . Zij had daar haar hoofdverblijf.

2.3.

Het gas-, elektriciteits- en waterverbruik van de woning bedroeg in de jaren 2020 tot en met 2022:

Jaar

Gas

Elektriciteit

Water

2020

233 m3

750 kWh

14 m3

2021

267 m3

854 kWh

18 m3

2022

203 m3

787 kWh

20 m3

De door de heffingsambtenaar gehanteerde Nibud-normen in de jaren 2020 tot en met 2022 zijn als volgt:

Jaar

Gas 1

Elektriciteit 2

Water 3

2020

990 m3

1.850 kWh

46 m3

2021

920 m3

1.810 kWh

46 m3

2022

800 m3

1.800 kWh

46 m3

Deze normen gelden voor appartementen en voor wat betreft het elektriciteits- en watergebruik voor éénpersoonshuishoudens.

2.3.

De heffingsambtenaar heeft voor de woning de volgende aanslagen forensenbelasting opgelegd:

Zaaknummer

Belastingjaar

Aanslagnummer

Dagtekening

Bedrag

23/1554

2020

[aanslagnummer 1]

30-09-2020

€ 894,28

23/1555

2021

[aanslagnummer 2]

30-09-2021

€ 907,67

23/1556

2022

[aanslagnummer 3]

30-06-2022

€ 921,29

2.4.

Belanghebbende heeft steeds bezwaar gemaakt tegen de aanslagen. Bij uitspraken op bezwaar heeft de heffingsambtenaar de bezwaren steeds ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de tegen die uitspraken ingestelde beroepen eveneens ongegrond verklaard.

3 Geschil en conclusies van partijen

3.1.

In geschil is of de aanslagen terecht en tot de juiste bedragen zijn opgelegd.

3.2.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank, vernietiging van de uitspraken op bezwaar en vernietiging van de aanslagen.

3.3.

De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank.

4 Gronden

5 Beslissing