Home

Rechtbank Den Haag, 27-05-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:5653, 21 _ 4442, 21_5048 en 21_6289

Rechtbank Den Haag, 27-05-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:5653, 21 _ 4442, 21_5048 en 21_6289

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
27 mei 2022
Datum publicatie
5 september 2022
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2022:5653
Zaaknummer
21 _ 4442, 21_5048 en 21_6289
Relevante informatie
Art. 23 lid 4 Wet MRB 1994, Art. 23 lid 5 Wet MRB 1994, Art. 4bis lid 1 Uitv.reg. MRB 1994

Inhoudsindicatie

Bij uitblijven van betaling van de fijnstoftoeslag motorrijtuigenbelasting over drie tijdvakken heeft verweerder over deze drie tijdvakken naheffingsaanslag aan eiseres opgelegd. De rechtbank is van oordeel dat de naheffingsaanslagen terecht aan eiseres zijn opgelegd. De auto heeft een datum eerste toelating van vóór 2009. Op grond van artikel 23, vijfde lid, van de Wet motorrijtuigenbelasting 1994 wordt de auto geacht een fijnstofuitstoot te hebben die tot verschuldigdheid van fijnstoftoeslag leidt, tenzij eiseres bewijs levert dat de auto minder vervuilend is dan de in artikel 23, vijfde lid, van de Wet MRB gestelde norm. Verweerder mag daarbij uitgaan van de gegevens die volgen uit het kentekenregister. Eiseres dient zich tot de RDW te wenden en daar te informeren naar de mogelijkheden om de lagere uitstoot te bewijzen. Dat sprake is van strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel, het gelijkheidsbeginsel, het verbod van willekeur, het verbod op détournement de pouvoir of een motiveringsgebrek is de rechtbank niet gebleken. Beroep ongegrond.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team belastingrecht

zaaknummers: SGR 21/4442, SGR 21/5048 en SGR 21/6289

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 mei 2022 in de zaken tussen

[eiser] , wonende te [woonplaats] , eiseres,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, verweerder.

De bestreden uitspraken op bezwaar

Zitting

Beslissing

Overwegingen

Rechtsmiddel