Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7493, BRE 23/985
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7493, BRE 23/985
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 30 oktober 2023
- Datum publicatie
- 28 november 2023
- Zaaknummer
- BRE 23/985
- Relevante informatie
- Art. 6.31 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
Aftrek onderhoudskosten monumentenpanden.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Eindhoven
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 23/985
[belanghebbende] , uit [plaats 1] (België), belanghebbende
( [gemachtigde] ),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 30 december 2022.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2018 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning (box 1) van € 187.386 en naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3) van € 41.851. Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur € 388 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende gegrond verklaard. De inspecteur heeft daarbij het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen verminderd tot nihil, de belastingrentebeschikking in overeenstemming daarmee verminderd en het belastbaar inkomen uit werk en woning gehandhaafd.
De rechtbank heeft het beroep op 17 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan heeft deelgenomen namens de inspecteur, mr. drs. [inspecteur]. De gemachtigde heeft zich afgemeld voor de zitting.