Volledige uitkering uit pre-BH-polis belast omdat deze niet eerder is geëxpireerd

Volledige uitkering uit pre-BH-polis belast omdat deze niet eerder is geëxpireerd

Gegevens

Nummer
2025/966
Publicatiedatum
12 juni 2025
Auteur
Redactie
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2025:4034
Rubriek
Inkomstenbelasting diversen
Relevante informatie

Belanghebbende ontvangt in 2020 een bedrag van een verzekeraar als gevolg van expiratie van een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule. Het betreft een pre-Brede Herwaarderingslijfrentepolis, oorspronkelijk afgesloten in 1989, met een oorspronkelijke expiratiedatum in 2013. Echter, de verzekering is overgezet naar een nieuwe verzekering met een expiratiedatum in 2020. Aan de verzekeraar is verzocht om volledige uitkering van de waarde van de verzekering. De inspecteur heeft de ontvangen uitkering tot het belastbaar inkomen uit werk en woning gerekend, wat heeft geleid tot een aanslag IB/PVV 2020 en belastingrente. In geschil is of de uitkering in 2020 tot het belastbaar inkomen uit werk en woning moet worden gerekend, en zo ja, tot welk bedrag. Belanghebbende stelt primair dat de polis reeds in 2013 is geëxpireerd en als gevolg daarvan in 2014 als periodieke uitkering in aanmerking genomen had moeten worden. Subsidiair stelt belanghebbende dat de saldomethode moet worden toegepast. De rechtbank heeft geoordeeld dat belanghebbende niet heeft aangetoond dat de expiratiedatum van de kapitaalverzekering daadwerkelijk in 2013 lag en dat er in 2014 een fictieve afkoop had moeten plaatsvinden. Uit de gegevens van de verzekeraar blijkt dat de einddatum al vóór 2020 was gewijzigd naar 1 februari 2020, en belanghebbende heeft geen bewijs geleverd dat dit onjuist is. De rechtbank benadrukt dat het op de weg van belanghebbende ligt om hier helderheid over te verschaffen, gezien de polisvoorwaarden van zijn eigen verzekering. Voorts heeft de rechtbank beoordeeld of de saldomethode van toepassing is en zou leiden tot een lagere heffingsgrondslag. Hoewel het overgangsrecht van de Wet IB 2001 en de Wet IB 1964 bepaalt dat de saldomethode van toepassing is op een pre-Brede Herwaarderingslijfrentepolis, moet de belastingplichtige bewijzen dat premies zijn betaald die in mindering mogen worden gebracht. Belanghebbende heeft echter slechts een schatting van de premies overlegd, zonder een onderbouwde berekening of bewijsstukken. De rechtbank acht dit onvoldoende en concludeert dat de volledige uitkering van € 40.745 tot het belastbaar inkomen uit werk en woning moet worden gerekend.

(Beroep ongegrond.)