Aflevering 234

Gepubliceerd op 1 mei 2013

FF 2013, afl. 234 - Btw-prestaties in de mix

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Mr. T. Albayrak
In de natuur kennen we bepaalde stoffen waarvan duidelijk is dat deze niet zijn samengesteld of gemengd met andere stoffen. Dit zijn bijvoorbeeld diamanten of goud. Kijken we naar lucht, dan weten we allemaal dat dit bestaat uit zuurstofgas, stikstofgas en enkele andere gassen. In drinkwater bijvoorbeeld zijn bepaalde zouten opgelost. Toch ziet iedereen dit als lucht of als drinkwater. Daarnaast is het mogelijk dat met een samenstel van bepaalde stoffen een mengsel ontstaat. Denk bijvoorbeeld aan een pakje soep in poedervorm. Door water bij het poeder te voegen ontstaat soep. Dit principe speelt ook een rol in de btw bij de behandeling van samengestelde prestaties. De verschillende prestaties die door ondernemers worden verricht, kunnen zowel afzonderlijk worden behandeld als worden samengesteld tot één enkele prestatie, waarbij de ondergeschikte prestatie opgaat in de hoofdprestatie of dat beide prestaties gezamenlijk een ‘nieuwe’ prestatie vormen. Hoe de verschillende prestaties worden behandeld voor de btw kan verstrekkende gevolgen hebben voor de ondernemer.

FF 2013, afl. 234 - Conflicterende vermogensbelangen leiden tot marktverstoringen

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door S.I. Fazli
De motieven van houders van eigen vermogen zorgen er niet altijd voor dat de totale bedrijfswaarde, de waarde van eigen vermogen en schulden gezamenlijk, maximaal wordt. Houders van eigen vermogen hebben de intentie om investeringsbeslissingen te nemen die ertoe leiden dat de waarde van eigen vermogen wordt verhoogd. Is het bedrijf gefinancierd met vreemd vermogen, dan gaat dit in een aantal gevallen gepaard met een waardedaling van vreemd vermogen. De marktverstoringen die optreden door het belangenconflict tussen houders van eigen en houders van vreemd vermogen kunnen worden onderverdeeld in de volgende categorieën: debt overhang, shortsighted investment, asset substitution en reluctance to liquidate. In dit artikel geef ik een korte samenvatting van deze marktverstoringen. Op deze manier wil ik laten zien dat het economisch gewenst kan zijn om overfinanciering met vreemd vermogen fiscaal te ontmoedigen.

FF 2013, afl. 234 - De uitwinning van zekerheidsrechten in de btw

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Mr.drs. F.J.G. Nellen en Mr. H.G.B. Brinkmann
De btw merkt als belastbare handeling onder meer aan de levering van een goed die in Nederland door een als zodanig handelende ondernemer onder bezwarende titel wordt verricht. In art. 3, lid 1, onderdeel a van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB 1968) staat omschreven wat onder een levering moet worden verstaan: de overdracht van de macht om als eigenaar over een goed te beschikken. Hoewel deze definitie eenduidig overkomt, zijn er situaties denkbaar waarbij het leveringsbegrip van de btw moeilijk toepasbaar lijkt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de uitwinning van zekerheidsrechten, waarbij soms niet geheel duidelijk is welke persoon de beschikkingsmacht overdraagt of als eigenaar over een goed beschikt. In dit artikel gaan wij in op het leveringsbegrip van de btw in relatie tot de (deels civielrechtelijk gereguleerde) uitwinning van zekerheidsrechten, meer in het bijzonder het pand- en hypotheekrecht.

FF 2013, afl. 234 - De werkelijkheid rondom ficties

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Mr. J.I. van Leeuwen LL.M.
Onlangs verscheen een artikel van Albert in het Weekblad Fiscaal Recht met de spraakmakende titel Ficties zijn fictie.P.G.H. Albert, Ficties zijn fictie, WFR 2012/1324. Daarin concludeert hij dat het onderscheid tussen fictie en werkelijkheid in het belastingrecht inhoudsloos is. De constatering dat een wettelijke bepaling een fictie behelst, is volgens de auteur even weinigzeggend als de vaststelling dat een wettelijke bepaling driemaal het woord de bevat.Idem, p. 1328. Op moment van lezen was ik reeds vergevorderd met mijn masterscriptie over belastingficties.Daarbij begeleid door mevrouw S.M.H. Dusarduijn en inmiddels op deze masterscriptie afgestudeerd aan Tilburg University. Daarbij bestond de examencommissie uit voorgenoemde en de heer P.H.J. Essers. In die scriptie beschouw ik, zoals de meeste andere auteurs, de belastingfictie als een wetgevingsinstrument waarmee inbreuk wordt gemaakt op de werkelijkheid. Het heeft me de nodige hoofdbrekens gekost om te bepalen welke betekenis daarbij toekomt aan het begrip werkelijkheid. Invulling van dit begrip was echter cruciaal om tot een bruikbare fictiedefinitie te kunnen komen. Mijn inziens hangt de wijze waarop tegen ficties wordt aangekeken, sterk samen met de interpretatie van dit begrip.

FF 2013, afl. 234 - Doorschuiffaciliteiten in hetaanmerkelijkbelangregime

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Mr. K. de Heus en Drs. A. Rozendal
Indien aandelen die een aanmerkelijk belang vertegenwoordigen worden vervreemd, vindt op grond van art. 4.12 Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) belastingheffing plaats in box 2 over het vervreemdingsvoordeel. Dit geldt ook in geval van overlijden van de aanmerkelijkbelanghouder of indien de aandelen worden geschonken. Indien de vennootschap waarop de aandelen betrekking hebben een materile onderneming drijft, kan belastingheffing over de vervreemdingswinst in geval van vererving of schenking een ongewenst effect hebben. Lang niet altijd zijn er voldoende liquide middelen aanwezig om de belastingschulden te kunnen voldoen. Om de continuteit van de onderneming in geval van vererving en schenking van aanmerkelijkbelangaandelen niet in gevaar te brengen heeft de wetgever een doorschuiffaciliteit opgenomen in het aanmerkelijkbelangregime. Sinds 1 januari 2010 zijn enkele wijzigingen aangebracht in deze doorschuiffaciliteit.

FF 2013, afl. 234 - Het labyrint van regels over handel in verlieslichamen

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Mr. J.S. Smalbrugge
Op vrijdag 21 september 2012 overhandigde de voorzitter van de NOB, de heer mr. M.L.A. van Rij, mij de befaamde NOB/LOF-scriptieprijs. In deze bijdrage geef ik een verkorte weergave van mijn scriptie, waarbij ik me beperk tot een aantal in het oog springende onderdelen van art. 20a Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet VPB 1969). De genteresseerde lezer verwijs ik graag naar mijn in boekvorm uitgebrachte scriptie voor een volledige weergave van art. 20a Wet VPB 1969.

FF 2013, afl. 234 - Pensioen

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door Drs. M.A.B. Bögemann
In de rubriek ‘Uit de praktijk’ behandelt Bureau Vaktechniek van het Register Belastingadviseurs elke editie een onderwerp uit de dagelijkse belastingpraktijk. In deze editie wordt ingegaan op de fiscale aspecten van de afwikkeling van een in eigen beheer opgebouwd pensioen.

FF 2013, afl. 234 - Richesse oblige: eigendom en Hobbes’ common pool in een ander licht

Aflevering 234, gepubliceerd op 01-05-2013 geschreven door P.L.J.A. van Rosmalen
Eigendom lijkt op het eerste oog een vrij eenvoudig en vanzelfsprekend concept te zijn. Je hebt het, of je hebt het niet. Laten we eerlijk zijn. Hoewel de meesten het vanuit bescheidenheid niet direct zullen toegeven, is je persoonlijke eigendom voor bijna iedereen een van de belangrijkste zaken in het leven. Hoe dan ook, het is in ieder geval een van de grootste onderwerpen van dagelijkse zorgen. Kan ik ergens méér verdienen? Waar kan ik iets goedkoper krijgen? Wordt mijn huis niet leeggeroofd als ik op vakantie ben? Hoe betaal ik zo min mogelijk belasting?