Aflevering 11

Gepubliceerd op 1 november 2024

FBN 2024/46 - Overzicht recente rechtspraak overdrachtsbelasting: over woningen en transformatiepanden

Aflevering 11, gepubliceerd op 01-11-2024 geschreven door mr. J.C. van Straaten
Het 2%-tarief en de startersvrijstelling voor de overdrachtsbelasting gelden alleen als een woning wordt verkregen die wordt gebruikt als hoofdverblijf, anders dan tijdelijk. Vanaf 1 januari 2026 komt daar naar alle waarschijnlijkheid nog een tarief bij: op Prinsjesdag is aangekondigd dat voor woningen waarvoor het 2%-tarief of de startersvrijstelling niet geldt (omdat niet aan de daarvoor geldende voorwaarden wordt voldaan, zoals bijvoorbeeld de hoofdverblijfeis) een tarief van 8% wordt ingevoerd. Hiermee hoopt de regering het aanbod van huurwoningen te vergroten. Zie ook J.C. van Straaten, ‘Verdere differentiatie overdrachtsbelasting: makkelijker kunnen we het niet maken…’, FBN 2024/41 (afl. 10). Vooral deze laatste ontwikkeling maakt het antwoord op de vraag of een pand een woning is (geworden of gebleven), weer zeer relevant. In deze bijdrage een overzicht van recente rechtspraak over woningen en transformatiepanden.

FBN 2024/47 - Versoepeling en aanscherping van de generieke renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting

Aflevering 11, gepubliceerd op 01-11-2024 geschreven door mr. dr. C. Bruijsten
In de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb 1969) is een generieke renteaftrekbeperking opgenomen. Op grond van die regeling is het saldo aan renten niet aftrekbaar voor zover dat meer bedraagt dan 20% van de gecorrigeerde winst, dan wel € 1 miljoen. In het wetsvoorstel Belastingplan 2025 zijn twee wijzigingen opgenomen. Ten eerste wil het kabinet de eerstgenoemde drempel verhogen van 20% naar 25%. Daarnaast heeft het kabinet een antifragmentatiemaatregel voorgesteld om te voorkomen dat vennootschappen met vastgoedbeleggingen zich ‘opknippen’ om onder de drempel van € 1 miljoen uit te komen.

FBN 2024/48 - Het recht van hypotheek binnen de wet excessief lenen: niet altijd nodig, vaak wel verstandig

Aflevering 11, gepubliceerd op 01-11-2024 geschreven door V. Oort
De Wet Inkomstenbelasting 2001 is sinds 1 januari 2023 uitgebreid met bepalingen die excessief lenen door aanmerkelijkbelanghouders bij de eigen vennootschap ontmoedigen. Leent een belastingplichtige meer dan een wettelijk maximum, dan moet hij mogelijk een fictief inkomen in aanmerking nemen in box 2. Eigenwoningschulden zijn onder voorwaarden echter uitgezonderd van deze sanctie. Vaak moet hiervoor een recht van hypotheek zijn gevestigd ten behoeve van de vennootschap die de lening verstrekt. In dit artikel worden de nuances van deze uitzondering voor eigenwoningschulden besproken.