FTV 2011/50 - De coöperatie of de (flex-)bv als samenwerkingsvorm voor beroepsbeoefenaren?
Aflevering 11, gepubliceerd op 01-11-2011 geschreven door Prof. mr. D.F.M.M. Zaman en Mr. J.J.M. GrapperhausDe coöperatie lijkt zich, naast de aloude maatschap en de (recenter ontdekte) nv een plaats te hebben verworven als rechtsvorm voor de gezamenlijke praktijkuitoefening door beroepsbeoefenaren als advocaten, notarissen, belastingadviseurs en accountants.Ook komt het voor dat een coöperatie optreedt als aandeelhoudster in de nv (of mogelijk bv) waarin de beroepsbeoefenaren hun activiteiten ontplooien. De beroepsbeoefenaren (of hun eigen praktijk-bv’s) zijn dan de leden van een coöperatie, die fungeert als (tussen)holding voor de samenwerking door middel van een nv (of bv). In de praktijk kiezen kantoren die de maatschap achter zich laten in het algemeen voor de rechtsvorm van de nv en niet voor de bv. Deze keuze lijkt in het bijzonder te worden ingegeven door de, in hun ogen, serieuzere uitstraling van de nv.