Aflevering 5

Gepubliceerd op 1 juli 2012

TFB 2012, afl. 5 - De balans na 3,5 jaar arrest Sopropé (recht op verdediging)

Aflevering 5, gepubliceerd op 01-07-2012 geschreven door Mr.ing. B.J.B. Boersma
Het is alweer bijna 3,5 jaar geleden (18 december 2008) dat door het Hof van Justitie van de EG (hierna: HvJ EG) het arrest in de zaak SopropéHvJ EG 18 december 2008, C-349/07 (Sopropé – Oranizações de Calçado Lda (Sopropé) vs. Fazenda Pública). werd gewezen. Met dit arrest werd nogmaals onderstreept dat de handelwijze van de douane, waarbij veelvuldig een UTB (dit is een ‘uitnodiging tot betaling’, ofwel een ‘navorderingsaanslag’) werd opgelegd zonder dat de douane het voornemen daartoe eerst aan de belastingschuldige mededeelde, niet door de beugel kon.Zie ook ‘Arrest-Sopropé: handelswijze Nederlandse Douane moet drastisch anders’, WFR 2009/662. Overigens had het HvJ EG al veel eerder arresten gewezen waaruit deze conclusie kon worden getrokken. Bijvoorbeeld HvJ EG 23 oktober 1974, C-17/74 (Transocean Marine Paint Association).

TFB 2012, afl. 5 - Formele aspecten collectief bezwaar btw-correctie auto

Aflevering 5, gepubliceerd op 01-07-2012 geschreven door Mr. T.G.J. van Burgel en Mr. J.P.W.H.T. Becks
De afgelopen maanden stonden kranten en nieuwsbulletins vol met berichten als ‘maak bezwaar tegen uw btw-correctie voor privégebruik auto voor het jaar 2011’. Discussies inzake de oude en de nieuwe regeling rond de btw-correctie voor het privégebruik van een auto van de zaak hebben een stormvloed aan bezwaarschriften opgeleverd. Omdat de overheid dergelijke aantallen aan bezwaarschriften al voorzag, hebben belastingadvieskantoren de mogelijkheid gekregen om via een zogenoemde collectieve bezwaarregeling bezwaar te maken voor hun cliënten. Momenteel liggen er meer dan 300.000 bezwaren bij de Belastingdienst. De vraag is wat de formele aspecten van deze methode van bezwaar zijn en of op deze manier alle rechten zijn veiliggesteld? In dit artikel wordt ingegaan op de collectieve bezwaarregeling, alsmede op het individueel bezwaar. Daarnaast wordt een aantal knelpunten en praktische aandachtspunten opgeworpen.

TFB 2012, afl. 5 - Kwade trouw en navordering: het vervolg

Aflevering 5, gepubliceerd op 01-07-2012 geschreven door Mr. E. Thomas
In 2001 heb ik de navordering vanwege kwade trouw voor TFB besproken.E. Thomas, ‘Kwade trouw en navordering: de stand van zaken’, TFB 2001/6. De vraag die in dit artikel centraal staat, is op welke wijze de jurisprudentie van de Hoge Raad zich heeft ontwikkeld en of deze ontwikkelingen in het voordeel dan wel het nadeel van belastingplichtigen zijn. Ik zal daarbij ingaan op de vraag of de in mijn artikel in 2001 gesignaleerde onduidelijkheid inzake de uitleg van het begrip ‘kwade trouw’ inmiddels door de Hoge Raad is weggenomen.

TFB 2012, afl. 5 - Nieuwe inzichten in het verschoningsrecht – een afgeleid weigeringsrecht voor administratiekantoren?

Aflevering 5, gepubliceerd op 01-07-2012 geschreven door Mr.dr. A.K.H. Klein Sprokkelhorst
Nederland kent een lange traditie van rechtspersonen die om fiscale redenen zijn ondergebracht bij een trustkantoor of stichting administratiekantoor (StAK). Recentelijk deed zich de vraag voor of een administratiekantoor verplicht is mee te werken aan een derdenonderzoek van de Belastingdienst. Kan, indien de cliënten van het administratiekantoor contacten hebben gehad met geheimhouders, een beroep worden gedaan op een afgeleid verschoningsrecht? Of kan het recht dat belastingplichtigen hebben om inzage in hun gegevens te weigeren ook door het administratiekantoor worden uitgeoefend? Deze prangende vragen werden korte tijd geleden beantwoord door de Hoge Raad.

TFB 2012, afl. 5 - Toepassing van het leerstuk van fiscale neutraliteit in de btw

Aflevering 5, gepubliceerd op 01-07-2012 geschreven door Mr. J. Wessels
Met enige regelmaat kom je in de jurisprudentie belastingplichtigen tegen die zich bedienen van het argument van fiscale neutraliteit. In veel gevallen lijkt het beginsel de belastingplichtige in kwestie weinig te helpen. In dit artikel sta ik stil bij het beginsel van fiscale neutraliteit binnen de btw en, in het bijzonder, ten aanzien van de btw-vrijstellingen.