Aflevering 3

Bij handhaving omtrent vastgoed of beheer van vastgoed worden steeds vaker drones ingezet. Van inspectie van landerijen, tot haven kaders tot hoge gebouwen en hoge objecten zoals windmolens.

Ten einde onrust en onveilige situaties te voorkomen hebben minister van Veldhoven voor Milieu en Wonen, de hypotheekverstrekkers en diverse – zogenoemde – woonpartijen afspraken gemaakt om ervoor te zorgen dat huiseigenaren niet op straat komen te staan ten tijde van de coronacrisis.

Wegens corona (COVID-19) was de inwerkingtreding van de Omgevingswet uitgesteld doch was de nieuwe datum nog niet bekend. Het Ministerie van Milieu en Wonen had begin april reeds bekend gemaakt te vermoeden dat men grote twijfels had bij de haalbaarheid van de inwerkingtreding per 1 januari 2021. De combinatie van een stevige implementatieopgave en de maatregelen rond het coronavirus heeft volgens de minister grote impact op alle partijen die werken aan de Omgevingswet.

Een van de andere maatregelen die tijdens – en in verband met – de coronacrisis – genomen zijn op het gebied van vastgoed betreft de (tijdelijke) spoedwet ‘Verlenging tijdelijke huurovereenkomsten’.

Sinds 24 april jl. geldt een spoedwet die het mogelijk maakt bepaalde akten bij de notaris via elektronische communicatiemiddelen op te stellen. Over de reikwijdte van die spoedwetgeving bestaan echter grote misverstanden. De tijdelijke wet treft een aantal voorzieningen die noodzakelijk zijn in verband met de uitbraak van COVID-19.

Voor de rechtsgeldigheid van bepaalde stukken – de zogenoemde ‘exploten’, bijvoorbeeld een dagvaarding of een vonnis –is het cruciaal dat de gerechtsdeurwaarders die betreffende stukken in persoon overhandigen aan de geadresseerde(n). Tijdens de coronacrisis kan dit echter lastig en gevaarlijk voor de volksgezondheid zijn. Daarom heeft minister Dekker voor Rechtsbescherming spoedwetgeving gemaakt waardoor gerechtsdeurwaarders gedurende de coronacrisis hun stukken ook rechtsgeldig mogen afgeven door deze in iemands brievenbus te doen. Nu maar hopen dat de brievenbus geleegd wordt. Immers gezien de rechtsgevolgen die de wet aan het ‘betekenen’ van de exploten verbindt, is het zowel voor personen voor wie het stuk bestemd is als voor de verzender als voor de gerechtsdeurwaarders van groot belang dat er zekerheid bestaat over de rechtsgeldigheid van deze manier van stukken overhandigen. Die zekerheid is voor de bijzondere situatie die de coronacrisis met zich meebrengt vergroot met deze spoedwetgeving.

We leven in bijzondere tijden. Corona raakt alle aspecten van de samenleving. Het wekt dan ook geen verbazing dat zowel in de rechtspraktijk als in het juridische discours veel aandacht voor corona en de gevolgen daarvan bestaat. In dit nummer gaat Lidewij van Egteren uitgebreid en onder verwijzing naar zeer recente jurisprudentie in op de vraag of corona als een onvoorziene omstandigheid kan worden aangemerkt. Philippine de Bièvre, Alexander IJkelenstam en Luurt Wildeboer bespreken hoe er bij bestuurlijke besluitvorming wordt omgegaan met corona. In het bijzonder gaan ze kritisch in op de wel heel verstrekkende oplossing die de gemeente Arnhem heeft gekozen. Het overkoepelende beeld is dat corona geen algemene vrijbrief kan zijn om niet te doen wat je moet doen. Het is niet alleen corona wat de klok slaat. Ook een bijzonder lezenswaardig vervolg is van Mario Leijten op zijn artikel ‘Vastgoed en in wezen nieuwbouw’ dat eerder dit jaar in dit tijdschrift verscheen. Aan de hand van twee arresten van dezelfde datum van het Hof ’s-Hertogenbosch illustreert Leijten dat gezien het verschil in benadering in deze twee zaken, meer duidelijkheid rond het criterium in wezen nieuwbouw voor de vastgoedpraktijk wenselijk is. Wie weet wordt nieuwe benutting van vastgoed (en de fiscale gevolgen daarvan) nog actueler door de veranderende samenleving. Geen nummer van dit tijdschrift is compleet zonder vastgoedsignaleringen van Taco de Lange.

Onvoorziene omstandigheden als uitweg in tijden van nood

De coronacrisis heeft grote gevolgen voor zowel burgers en bedrijven als het openbaar bestuur. Net als veel kantoren en bedrijven, zijn overheidsgebouwen gesloten en kunnen bestuursorganen niet (normaal) vergaderen. Hierdoor kunnen wettelijke beslistermijnen niet altijd worden gehaald. Ook de verlening van omgevingsvergunningen en de vaststelling van bestemmingsplannen worden hierdoor geraakt. In dit artikel belichten we hoe hiermee in coronatijd wordt omgegaan.

Nadat Nederland de kredietcrisis achter zich liet, investeerden veel vastgoedbezitters en ontwikkelaars weer in ‘oud’ vastgoed. Dit vastgoed werd vaak op een andere wijze benut nadat er stevig in dergelijke onroerende zaken was geïnvesteerd. Dergelijke investeringen leiden tot de vraag of een nieuwe vervaardigde zaak tot stand is gekomen. Als de standpunten van de leverende partij c.q. de afnemende partij en de Belastingdienst over dergelijke zaken niet overeenkomen, komt het vaak tot een fiscaal geschil.