Aflevering 6

De rode draad in dit nummer van Vastgoed Fiscaal & Civiel is duurzaamheid en handhaving. Een relevant en zeer actueel onderwerp, omdat dit – naar het zich laat aanzien – een van de prioriteiten van het kabinet Rutte IV wordt en gezien de uitdagingen op het gebied van duurzaamheid waar onze hele maatschappij voor staat.

De klimaatdoelen zijn uit zicht, extra maatregelen zijn nú nodig. Onmiddellijk ingrijpen is noodzakelijk. Welke duurzaamheidseisen gelden er voor de vastgoedpraktijk en (waarom) is dat (niet) afdoende?

De afgelopen decennia heeft de Nederlandse wetgever tal van fiscale stimuleringsmaatregelen in het leven geroepen om ondernemers fiscaal voordelig te laten investeren in duurzame bedrijfsgebouwen en bouwmaterialen. De meest bekende zijn de Energie-investeringsaftrek (EIA), de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL). Deze fiscale stimuleringsmaatregelen voorzien voornamelijk in extra aftrekposten en versnelde afschrijvingsmogelijkheden die ervoor zorgen dat de fiscale winst onder voorwaarden kan worden verlaagd, waardoor minder inkomsten- of vennootschapsbelasting hoeft te worden betaald. Recentelijk zijn er echter ook op het gebied van de indirecte belastingen (meer specifiek: de overdrachtsbelasting en omzetbelasting) fiscaal gunstige ontwikkelingen ten aanzien van duurzaam vastgoed.

Vanaf 27 november 2021 is het toepassingsbereik van de vrijstelling overdrachtsbelasting bij taakoverdracht in niet-saneringssituaties verruimd, waardoor de toepassing van de vrijstelling voor woningcorporaties een breder bereik krijgt (met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2021). Voor saneringssituaties is het toepassingsbereik reeds vanaf 17 juli 2021 verruimd (met terugwerkende kracht vanaf 20 oktober 2020). Vanwege aanpassing van het Uitvoeringsbesluit belastingen van rechtsverkeer wordt toepassing van de vrijstelling bij taakoverdracht niet langer belemmerd indien er van overheidswege een overnamesom wordt bedongen voor de over te dragen activa. Voordien werd de toepassing van de vrijstelling bij taakoverdracht bemoeilijkt in geval van onderlinge taakoverdrachten tussen woningcorporaties; de bedongen koopsom mocht niet hoger zijn dan de boekwaarde van het over te dragen vastgoed. In dit artikel breng ik de wijzigingen en de praktische gevolgen hiervan in kaart. Tot slot wordt beoordeeld of de oorspronkelijke knelpunten (geheel) zijn weggenomen.

Art. 4 lid 2 sub a Wet OB 1968

Art. 15 lid 1 sub e WBRV

Art. 14 WBRV

Art. 3:14 BW

De overheid heeft bekendgemaakt dat er een nieuwe huurprijscheck is gelanceerd door de Huurcommissie. Hiermee kunnen huurders alvast de nieuwe maximale huurprijzen vanaf januari 2022 berekenen.