Aflevering 41

Gepubliceerd op 10 oktober 2023

NTFR 2023/1714 - Kwalificatie van (niet-)vergelijkbare buitenlandse rechtsvormen: enkele overpeinzingen

Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023 geschreven door prof. dr. J.P. Boer
Onderdeel van het omvangrijke pakket Belastingplan 2024 – dat maar liefst vijftien (!) kennelijk niet‑controversiële wetsvoorstellen omvat – is de voorgestelde ‘Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen’ (wetsvoorstel 36425). Het is het type wetsvoorstel dat in de media weinig tot geen aandacht krijgt. Voor diegenen die geïnteresseerd zijn in koopkrachtplaatjes valt hieraan immers weinig lol te beleven, en voor Kamerleden is dit wetsvoorstel – zelfs in verkiezingstijd – eigenlijk volkomen oninteressant. Ondanks de geringe (parlementaire) interesse – of misschien wel juist daarom – vraag ik in deze Opinie aandacht voor dit wetsvoorstel. De fiscale kwalificatie van rechtsvormen gaat namelijk over niets minder dan de kern van het Nederlandse fiscale stelsel ten aanzien van winst en inkomen. Het onderhavige wetsvoorstel is dan ook zonder overdrijving te beschouwen als een ingreep in het DNA van de inkomsten- en vennootschapsbelasting (en de daarmee samenhangende bronbelastingen), maar heeft bijvoorbeeld ook gevolgen voor de Successiewet 1956 en de Invorderingswet 1990.

NTFR 2023/1718 - Regeling voor alleenverdienende huishoudens in de maak

Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023
Door een onbedoelde en complexe samenloop van fiscaliteit, toeslagen en sociale zekerheid is er een groep alleenverdienende huishoudens die een lager besteedbaar inkomen heeft dan een alleenverdienend huishouden in de bijstand. Het kabinet maakt nu geld vrij voor een tijdelijke oplossing voor deze groep en werkt aan een structurele oplossing. Via een brief wordt de Tweede Kamer hierover geïnformeerd door de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst en de staatssecretaris van Financiën - Toeslagen en Douane.

NTFR 2023/1719 - Wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024

Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023 geschreven door mr. W. Verstijnen
Het kabinet stelt acht maatregelen voor in de BOR en de DSR ab. Vijf van deze maatregelen zijn in dit wetsvoorstel opgenomen met als beoogde inwerkingtredingsdatum 1 januari 2025 (met uitzondering van de afschaffing van de doelmatigheidsmarge DSR ab die later in werking moet treden). Ook de maatregel om aan derden verhuurd vastgoed met ingang van 1 januari 2024 niet meer in aanmerking te laten komen voor de BOR en de DSR ab maakt uit van dit wetsvoorstel.

NTFR 2023/1734 - Door verplaatsing bijrijderstoel is de Mercedes van een stoffeerder geen bestelauto meer maar een personenauto

ECLI:NL:HR:2023:1337, datum uitspraak 29-09-2023, publicatiedatum 29-09-2023
Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023 met annotatie van mr. H.A. Elbert
Belanghebbende, een ondernemer (stoffeerder), is houder van een Mercedes. De MRB voldoet hij naar het bestelautotarief. Om de Mercedes geschikt te maken voor het vervoer van rollen tapijt heeft belanghebbende de aanwezige dubbele passagiersstoel verplaatst. Hij heeft deze geplaatst in de laadruimte dwars achter de bestuurdersstoel met de rugzijde tegen de linkerzijwand van de Mercedes. Hof Den Bosch (ECLI:NL:GHSHE:2021:608, NTFR 2021/1254) is, anders dan de rechtbank maar met de inspecteur, van oordeel dat de Mercedes hierdoor niet langer een bestelauto is maar een personenauto. Daarom heeft het hof de opgelegde naheffingsaanslag gehandhaafd. De boete heeft het hof echter verminderd tot € 452.

NTFR 2023/1737 - Invoering van Woo vormt geen aanleiding tot herziening uitspraak geheimhoudingskamer (art. 81.1 Wet RO)

ECLI:NL:HR:2023:1405, datum uitspraak 06-10-2023, publicatiedatum 06-10-2023
Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023
Een inspecteur heeft gegevens ontvangen van de Zwitserse autoriteiten. De inspecteur verzoekt belanghebbende de zogenoemde ‘Verklaring vermogen in het buitenland’ in te vullen en aan hem terug te sturen en wijst daarbij op art. 47 en 49 AWR. Belanghebbende meldt dat hij niet aan dit verzoek zal voldoen. De inspecteur stelt wegens het uitblijven van de informatie een informatiebeschikking vast, waarin hij vermeldt wat de gevolgen zijn van het onherroepelijk worden van deze beschikking.

NTFR 2023/1738 - ‘Stapeling’ dwangsommen niet mogelijk en geen sprake van beroepsmatige rechtsbijstandverlener (n-o)

ECLI:NL:HR:2023:1398, datum uitspraak 06-10-2023, publicatiedatum 06-10-2023
Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023
De ontvanger heeft belanghebbende aangemaand tot betaling van een aanslag Vpb 2012 en heeft daarbij aanmaningskosten in rekening gebracht. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de in rekening gebrachte aanmaningskosten (€ 15). Belanghebbende heeft de ontvanger in gebreke gesteld vanwege het niet-tijdig beslissen op haar bezwaarschrift, en heeft verzocht om toekenning van een dwangsom. Bij beschikking heeft de ontvanger het verzoek om toekenning van een dwangsom afgewezen. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzende dwangsombeschikking en de ontvanger heeft de aanmaningskosten verminderd naar nihil en een kostenvergoeding toegekend van € 512. Vervolgens heeft belanghebbende de ontvanger (wederom) in gebreke gesteld ter zake van het niet-tijdig beslissen op haar bezwaarschrift (betreffende de dwangsombeschikking). Belanghebbende heeft beroep ingesteld bij de rechtbank, wegens het niet-tijdig beslissen op haar bezwaarschrift inzake de dwangsombeschikking. In geschil is onder meer de vraag of de rechtbank ten onrechte geen dwangsom heeft toekgekend, of sprake is van beroepsmatige rechtsbijstand en of de proceskosten vergoed moeten worden. Volgens het hof (hof Amsterdam 7 februari 2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:416, NTFR 2023/606) heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat geen dwangsom is verschuldigd wegens het niet-tijdig nemen van een beslissing op een bezwaar tegen een dwangsombesluit. Het is niet mogelijk om binnen een lopende dwangsomprocedure een nieuwe dwangsomprocedure te starten en aldus dwangsommen te ‘stapelen’. Het hof onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat gemachtigde op basis van de summiere en onvoldoende geconcretiseerde verstrekte informatie aan de rechtbank, tegenover de gemotiveerde betwisting door de ontvanger, niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij dient worden aangemerkt als beroepsmatige rechtsbijstandverlener. Het standpunt van belanghebbende dat de rechtbank, nu zij geen vergoeding voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand heeft toegekend, ten minste een vergoeding voor de reis- en verletkosten van gemachtigde had moeten toekennen vindt geen steun in het recht volgens het hof. Om een vergoeding voor reis- en verletkosten dient te worden verzocht. Blijkens de stukken van het geding heeft belanghebbende niet een dergelijk verzoek ingediend.

NTFR 2023/1741 - Wetsvoorstel Wet tijdelijke regeling herzien aangifte Inkomstenbelasting

Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023 geschreven door mr. M.H.W.N. Lammers
Het kabinet wil de praktische rechtsbescherming verbeteren. Voorgesteld wordt om een herzien digitaal aangiftebiljet inkomstenbelasting, in regel als een verzoek om ambtshalve vermindering te kwalificeren. De voorgestelde regeling ziet ook op de voor bezwaar vatbare beschikkingen die afzonderlijk op het aanslagbiljet van de aanslag zijn vermeld. Dit is alleen anders als de belastingplichtige aangeeft bezwaar te willen maken, bijvoorbeeld door indiening van een schriftelijk bezwaarschrift.

NTFR 2023/1743 - Herijking Invorderingswet 1990 en Wet Stroomlijnen

Aflevering 41, gepubliceerd op 10-10-2023
Er wordt nader onderzocht of een openbare bekendmaking met een online publicatie van belastingaanslagen, voldoende waarborgen biedt voor de schuldenaar. Staatssecretaris Van Rij en staatssecretaris De Vries geven antwoord op Kamervragen over de verankering van de hardheidsclausule in de Invorderingswet 1990 en de Wet Stroomlijnen.